ECLI:NL:GHSGR:2004:AR6181
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- mr. Vonk
- Rechtspraak.nl
Oordeel over onroerende-zaakbelastingen en feitelijk gebruik van een pand in renovatie
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof te 's-Gravenhage op 8 september 2004, ging het om een beroep van een belanghebbende tegen de uitspraak van de Inspecteur van de gemeente Den Haag. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de aan hem opgelegde aanslag in de onroerende-zaakbelastingen voor het jaar 2003, met betrekking tot het pand aan de a-straat 1 te Z. De mondelinge behandeling vond plaats op 25 augustus 2004, waarbij beide partijen aanwezig waren.
De kern van de zaak was de vraag of de belanghebbende het pand op 1 januari 2003 gebruikte in de zin van de relevante wetgeving. Vastgesteld werd dat de belanghebbende sinds 15 november 2000 eigenaar was van het pand, dat hij in bewoonde staat had aangekocht met de intentie het te verhuren. Na het vertrek van de vorige bewoner in december 2001 was het pand gerenoveerd, en deze renovatie was op 1 januari 2003 nog aan de gang. Een huurovereenkomst werd pas in februari 2003 gesloten, ingaande op 14 maart 2003.
Het Hof concludeerde dat het pand op 1 januari 2003 werd aangehouden voor renovatie en verhuur, en dat dit niet gelijkstond aan het feitelijk gebruik van het pand door de eigenaar. De Inspecteur's argumenten werden verworpen, en het Hof verklaarde het beroep gegrond. De aanslag werd vernietigd, en de gemeente Den Haag werd gelast het griffierecht aan de belanghebbende te vergoeden. Er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken, omdat er geen kosten waren gemaakt door de belanghebbende. De uitspraak werd vastgesteld door mr. Vonk en in het openbaar uitgesproken.