ECLI:NL:GHSGR:2006:AV4665
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- A.A. Schuering
- C.G. Beyer-Lazonder
- M.H. van Coeverden
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet en schending van vertrouwen in arbeidsovereenkomst
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 27 januari 2006 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een werknemer die op 4 oktober 2002 op staande voet was ontslagen door zijn werkgever, Stadsvervoer Dordrecht B.V. (SVD). De werknemer, hierna aangeduid als Werknemer, betwistte de geldigheid van het ontslag en vorderde doorbetaling van zijn loon. De rechtbank had eerder, op 17 juli 2003, de vorderingen van Werknemer afgewezen.
De kern van het geschil draait om de vraag of Werknemer zonder toestemming van een leidinggevende motorolie uit de pomp van SVD heeft gehaald voor privégebruik. Werknemer voerde aan dat hij niet wist wie de leidinggevende was op de avond in kwestie, omdat beide dienstleiders op cursus waren. Hij stelde dat hij in overleg met een collega had besloten om de olie te gebruiken zonder voorafgaande toestemming.
Het hof oordeelde dat Werknemer de regels had geschonden die voorschrijven dat producten van de werkgever pas na toestemming van een leidinggevende gebruikt mogen worden. Het hof stelde vast dat alle werknemers op de hoogte waren van deze regel en dat er op de werkplek een telefoon aanwezig was waarmee een leidinggevende bereikbaar was. De grieven van Werknemer werden verworpen, en het hof concludeerde dat het ontslag op staande voet gerechtvaardigd was, gezien de ernst van de schending van vertrouwen door Werknemer.
Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en wees de vorderingen van Werknemer af, waarbij hij werd veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep. De uitspraak benadrukt het belang van vertrouwen in de arbeidsrelatie en de noodzaak voor werknemers om zich aan de regels van de werkgever te houden.