ECLI:NL:GHSGR:2006:AY4839
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. van Leuven
- A. Fockema Andreae-Hartsuiker
- P. Punselie
- Rechtspraak.nl
Beëindiging uithuisplaatsing van minderjarige na stabilisatie van de thuissituatie
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 26 april 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep over de uithuisplaatsing van een minderjarige. De moeder, verzoekster in hoger beroep, heeft aangevoerd dat zij in staat is haar dochter zelf op te voeden en dat haar thuissituatie voldoende stabiel is. Ze heeft nieuwe vaardigheden geleerd en haar relatie met haar moeder is verbeterd, waardoor zij nu de moederrol kan vervullen. De moeder is van mening dat de minderjarige weer bij haar thuisgeplaatst moet worden, mits zij de nodige begeleiding krijgt.
Jeugdzorg heeft echter twijfels over de thuissituatie van de moeder en stelt dat de problematiek van de minderjarige vraagt om een jarenlange stabiele opvoedingssituatie. Jeugdzorg vreest dat de moeder, ondanks haar huidige stabiliteit, een verhoogd risico loopt om terug te vallen in oude gedragingen. Het hof heeft de argumenten van Jeugdzorg in overweging genomen, maar concludeert dat de noodzaak tot verlenging van de uithuisplaatsing onvoldoende is aangetoond. De moeder heeft blijk gegeven van inzet en volharding en het hof twijfelt aan de kans van slagen van een nieuwe plaatsing in een pleeggezin.
Het hof heeft besloten dat de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige moet worden afgewezen en dat de overgang naar de thuissituatie gefaseerd en onder begeleiding van Jeugdzorg moet plaatsvinden. De datum van afloop van de machtiging is vastgesteld op 1 juni 2006. De beschikking van de rechtbank is vernietigd, en de verzoeken van Jeugdzorg zijn afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van de stabiliteit en de betrokkenheid van de moeder in het leven van de minderjarige.