2. Het gaat in deze zaak, samengevat en voor zover in hoger beroep relevant, om het volgende.
2.1 Flex houdt zich bezig met het detacheren van gespecialiseerde medewerkers. [werknemer] is op 1 mei 2001 bij Flex in dienst getreden als management consultant tegen een salaris van € 5.218,47 bruto per maand exclusief 8% vakantietoeslag.
2.2 Artikel 11 lid 6 van de arbeidsovereenkomst luidt:
"De Medewerker verbindt zich gedurende de loop van deze arbeidsovereen-komst voor geen andere werkgever of opdrachtgever werkzaam te zullen zijn, direct dan wel indirect, en zal zich onthouden van het doen van zaken voor eigen rekening. Uitzondering hierop kan gemaakt worden mits de nevenwerkzaam-heden niet conflicteren met de belangen van Werkgever."
2.3 Van 10 tot 27 september 2001 heeft Flex [werknemer] gedetacheerd bij Luchtverkeersleiding Nederland. Verder is hij tijdens het dienstverband niet gedetacheerd geweest.
2.4 Bij beschikking van de rechtbank Amsterdam, sector kanton, locatie Amsterdam, van 11 februari 2002 is de arbeidsovereenkomst tussen partijen, voor het geval tussen partijen bindend mocht komen vast te staan dat het dienstverband nog bestaat, ontbonden met ingang van 1 maart 2002. Daarbij is aan [werknemer] een vergoeding van € 17.500,- bruto toegekend.
2.5 [werknemer] is met ingang van 18 februari 2002 een arbeidsovereenkomst aangegaan met Appoint It.Pro B.V. te Rotterdam (hierna: Appoint). Artikel 13 van de arbeidsovereenkomst tussen [werknemer] en Appoint luidt:
"(…)
c. Tijdens de arbeidsovereenkomst, alsook binnen een jaar na beëindiging daarvan, zal professional in generlei vorm een onderneming gelijk, gelijksoortig of aanverwant aan die van Appoint mogen drijven of doen drijven, hetzij direct, hetzij indirect, noch financieel of in welke vorm ook bij dergelijke onderneming belang mogen hebben of daarin of daarvoor op generlei wijze werkzaam zijn, hetzij om niet, hetzij tegen vergoeding, of daarin een aandeel mogen hebben, met uitzondering van beleggingen in ter beurze genoteerde ondernemingen.
d. Bij overtreding van het hiervoor bepaalde verbeurt professional aan Appoint zonder nadere ingebrekestelling een direct opeisbare boete (…)."
2.6 Met ingang van 18 februari 2002 is hij door Appoint gedetacheerd bij Interpay Nederland B.V. te Utrecht.
2.7 Bij brief van 19 maart 2002 heeft de gemachtigde van Flex aan die van [werknemer] bericht:
"Hierbij doe ik u toekomen een drietal getuigenverklaringen van medewerkers van Flex die met uw cliënt hebben gesproken in het kader van de beeindiging van de arbeidsovereenkomst. (…) Op grond van voormelde verklaringen wenst Flex SC uw cliënt te houden aan de in december 2001 bereikte overeenstemming. De bereikte overeenstemming komt op het volgende neer.
- einde van de arbeidsovereenkomst tegen 1 januari 2002;
- vergoeding voor werknemer van twee maandsalarissen (later op
verzoek van [werknemer] alsnog verhoogd tot drie maandsalarissen).
Flex SC houdt uw cliënt aan deze overeenstemming en zal dienovereenkomstig de eindafrekening opmaken. (…)"
2.8 Bij brief van 29 april 2002 heeft de gemachtigde van Flex aan die van [werknemer] bericht:
"(…) Flex SC heeft zich tegenover mij inderdaad bereid verklaard om tot betaling van de voorwaardelijke ontbindingsvergoeding en tot betaling van het krachtens eindafrekening verschuldigde over te gaan alsof de arbeidsovereenkomst met [werknemer] tegen 1 maart 2002 was geeindigd totdat zij bemerkte dat [werknemer] reeds voor 1 maart 2002 krachtens arbeidsovereenkomst voor een derde werkzaam was. (…)"
2.9 [werknemer] heeft in eerste aanleg, na vermeerdering van eis, gevorderd Flex te veroordelen om aan hem te betalen:
a) salaris over de maand februari 2002 (€ 5.218,47 bruto),
b) vakantiegeld (€ 4.174,78 bruto),
c) niet genoten vakantiedagen (€ 4.015,- bruto),
d) reiskostenvergoeding (€ 1.300,- netto),
e) wettelijke verhoging (€ 6.704,-),
f) wettelijke rente over het gevorderde sub a) tot en met d) vanaf 1 maart 2002, en
g) buitengerechtelijke kosten (€ 12.130,56).
2.10 Na dagvaarding in eerste aanleg heeft Flex aan [werknemer] betaald salaris, vakantiegeld en vakantiedagen tot 18 februari 2002, in totaal € 9.775,09 bruto, alsmede € 130,- aan reiskostenvergoeding en € 113,45 onkostenvergoeding, met verrekening van een bedrag van € 432,33 netto ter zake van telefoonkosten van [werknemer] die na het einde van de arbeidsovereenkomst zijn gemaakt.
2.11 Bij het bestreden tussenvonnis heeft de rechtbank, van oordeel dat Flex geen argumenten heeft aangedragen op grond waarvan gesteld zou kunnen worden dat haar loonbetalingsverplichting per 18 februari 2002 eindigt en dat zij nakoming van die betalingsverplichting voor de rest mocht opschorten tot na dagvaarding, Flex veroordeeld aan [werknemer] te betalen € 8.420,75 bruto aan salaris, vakantiegeld, vakantiedagen en wettelijke verhoging, alsmede € 737,67 netto aan reiskostenvergoeding, met de wettelijke rente over deze bedragen tot de dag van voldoening overwogen.