ECLI:NL:GHSGR:2006:AZ2447
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. van Nievelt
- A. van Leuven
- J. Punselie
- Rechtspraak.nl
Schorsing van het recht op omgang tussen vader en minderjarige dochter
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 11 oktober 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep over de omgangsregeling tussen een vader en zijn minderjarige dochter. De vader, die niet ter zitting verscheen, had in hoger beroep beroep aangetekend tegen een eerdere beschikking van de rechtbank die hem het recht op omgang met zijn dochter ontzegde. De moeder, bijgestaan door haar procureur, voerde aan dat de vader onverantwoordelijk gedrag vertoonde, waaronder drankgebruik en doodsbedreigingen, wat schadelijk zou zijn voor de minderjarige. Het hof oordeelde dat, hoewel ontzegging van het recht op omgang voor onbepaalde tijd niet mogelijk is wanneer beide ouders gezamenlijk gezag hebben, een tijdelijke schorsing van de omgang wel tot de mogelijkheden behoort. Het hof besloot de omgang tussen de vader en de dochter te schorsen voor de duur van twee jaar, met als doel rust te creëren voor het kind en de overige gezinsleden. De beslissing werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof wees het meer of anders verzochte af. De uitspraak is gedaan in het kader van civiel recht, specifiek binnen het personen- en familierecht, en betreft bepalingen uit het Burgerlijk Wetboek.