ECLI:NL:GHSGR:2007:BB8751
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Labohm
- A. Dusamos
- K. Kleykamp-van der Ben
- Rechtspraak.nl
Verdeling van vermogen na echtscheiding met betrekking tot onroerend goed en landbouwonderneming
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Gravenhage op 17 oktober 2007, ging het om een hoger beroep inzake de verdeling van vermogen na een echtscheiding. De verzoeker, aangeduid als de man, en de verweerster, aangeduid als de vrouw, waren in geschil over de te verrekenen vermogensbestanddelen, waaronder een landbouwonderneming en een woning. De man werd vertegenwoordigd door procureur mr. V.K.S. Budhu Lall, terwijl de vrouw werd bijgestaan door procureur mr. H.J.A. Knijff.
De rechtbank had eerder een beschikking gegeven op 19 april 2006, waarin onder andere werd bepaald dat de vrouw aan de man een bedrag van € 1.935,65 moest betalen en dat de man aan de vrouw € 392.922,00 moest betalen. Het hof heeft deze beschikking gedeeltelijk vernietigd en opnieuw beslist dat de man aan de vrouw een bedrag van € 96.961,85 moet betalen. Dit bedrag is vastgesteld op basis van de waardering van de onroerende zaak en de verdeling van de overige vermogensbestanddelen.
Het hof heeft vastgesteld dat de waarde van de woning € 280.000,00 bedraagt, en dat de totale waarde van het te verrekenen vermogen € 591.920,30 is. Beide partijen zijn gerechtigd tot de helft van dit bedrag, wat resulteert in een bedrag van € 295.960,15 per persoon. De man heeft een vermogenswaarde van € 392.922,00, terwijl de vrouw een waarde van € 198.998,30 heeft. De uiteindelijke beslissing van het hof houdt in dat de man aan de vrouw moet betalen om de vermogensverdeling recht te doen.
De beschikking is uitgesproken ter openbare terechtzitting en is het resultaat van een zorgvuldige afweging van de ingediende stukken en de standpunten van beide partijen.