ECLI:NL:GHSGR:2007:BC9475
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. von Knobelsdorff
- M. Engel
- P. Postema
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding en proceskosten in belastingzaken na verwijzing door de Hoge Raad
In deze zaak, die na verwijzing door de Hoge Raad aan het Gerechtshof 's-Gravenhage werd voorgelegd, ging het om de vraag of de belanghebbende recht had op schadevergoeding en/of een proceskostenvergoeding in verband met een eerder opgelegde aanslag in de arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen. De belanghebbende had een aanslag ontvangen voor het jaar 2001, welke aanslag na bezwaar was verminderd. De Hoge Raad had in zijn arrest van 22 juni 2007, nr. 43.170, bepaald dat de zaak ter verdere behandeling naar het Gerechtshof 's-Gravenhage moest worden verwezen. Tijdens de zitting op 6 november 2007 werd de zaak behandeld, waarbij beide partijen aanwezig waren.
De belanghebbende stelde dat hij onterecht hoge kosten had moeten maken in verband met de invordering van de te hoge aanslag en vroeg om schadevergoeding. Het Gerechtshof oordeelde echter dat de belanghebbende niet had aangetoond dat de kosten onterecht waren. De kosten die in rekening waren gebracht voor het dwangbevel en het executoriaal beslag werden als verschuldigd aangemerkt, en de kosten voor de behandeling van de zaak werden vastgesteld op € 41, die door de Inspecteur moesten worden vergoed. Het Hof wees het verzoek om schadevergoeding af, omdat de belanghebbende niet had aangetoond dat hij onnodig hoge kosten had gemaakt.
De uitspraak werd op 18 december 2007 gedaan door de eerste meervoudige belastingkamer van het Gerechtshof 's-Gravenhage. De belanghebbende en de Inspecteur kregen de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad. De uitspraak bevatte ook instructies voor het indienen van een cassatieberoep, inclusief de vereisten voor het beroepschrift.