ECLI:NL:GHSGR:2008:BC9533
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- Pannekoek-Dubois
- Stille
- Hulsebosch
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot vaststelling beslagvrije voet in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 2 april 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwijzing van het verzoek van de man om de beslagvrije voet vast te stellen op € 343,75. De man, verzoeker in hoger beroep, had in eerste aanleg een beschikking van de rechtbank Rotterdam aangevochten, waarin zijn verzoek was afgewezen. De man, die in Oekraïne woont, stelde dat hij geen inkomen heeft en dat de vrouw, de verweerster in hoger beroep, dit niet gemotiveerd had betwist. De vrouw daarentegen betwistte de stelling van de man en stelde dat hij in staat is om inkomsten te genereren.
Het hof oordeelde dat het aan de man was om te bewijzen dat hij over onvoldoende middelen van bestaan beschikt. Het hof benadrukte dat de strekking van artikel 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is dat een schuldenaar zonder vaste verblijfplaats in Nederland geacht wordt over voldoende bronnen van inkomsten te beschikken. Het hof concludeerde dat de man onvoldoende inzicht had gegeven in zijn financiële situatie en dat hij niet had aangetoond dat hij geen inkomen had. Daarom werd de bestreden beschikking van de rechtbank bekrachtigd.
De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van de verzoeker om zijn financiële situatie adequaat te onderbouwen, vooral in gevallen waar de schuldenaar geen vaste verblijfplaats heeft. Het hof heeft de gronden van de rechtbank overgenomen en geen nieuwe feiten of omstandigheden gevonden die tot een ander oordeel zouden moeten leiden.