ECLI:NL:GHSGR:2008:BD1295
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Pannekoek-Dubois
- A. Kamminga
- J. van der Burght
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van kinderalimentatie in hoger beroep met betrekking tot draagkracht en bewijsvoering
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake kinderalimentatie, waarbij de vader, verzoeker in hoger beroep, stelt dat hij niet in staat is om de vastgestelde alimentatie te betalen vanwege onvoldoende draagkracht. De vader heeft een inkomen van € 970,- per vier weken en woont samen met een nieuwe partner die een vergelijkbaar inkomen heeft. Samen zijn zij verantwoordelijk voor de zorg van vijf kinderen van de partner. De vader heeft schulden, waaronder een renteloze lening, en stelt dat hij als colporteur ongeveer € 1.000,- bruto per maand verdient. De moeder, verweerster in hoger beroep, betwist de financiële positie van de vader en stelt dat hij onvoldoende bewijs heeft geleverd van zijn draagkracht en schulden. Het hof oordeelt dat de vader niet voldoende inzicht heeft gegeven in zijn financiële situatie en dat hij niet heeft aangetoond dat hij niet in staat is om de alimentatie te betalen. De vader heeft geen bewijsstukken overgelegd die zijn stellingen onderbouwen, zoals jaaropgaven of fiscale bescheiden. Het hof concludeert dat de vader zijn verplichtingen niet nakomt en bekrachtigt de eerdere beschikking van de rechtbank, die de alimentatie op € 175,- per maand per kind heeft vastgesteld, met ingang van 2 november 2006. De uitspraak is gedaan op 26 maart 2008 door het Gerechtshof 's-Gravenhage, waarbij de betrokken rechters de zaak hebben beoordeeld en de beslissing hebben genomen.