ECLI:NL:GHSGR:2008:BG5077
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- A. Stille
- M. Husson
- B. Bouritius
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake nakoming omgangsregeling tussen vader en minderjarig kind
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de man tegen een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Middelburg, waarin zijn vordering tot nakoming van een omgangsregeling met zijn minderjarige dochter werd afgewezen. De omgangsregeling was eerder vastgesteld bij beschikking van 20 december 2006. De man heeft in zijn memorie van grieven vier grieven aangevoerd, waarbij hij onder andere verzoekt om de vrouw te gebieden de omgangsregeling ten uitvoer te leggen, met een dwangsom voor iedere keer dat zij in gebreke blijft. Het hof heeft vastgesteld dat de feiten zoals door de voorzieningenrechter zijn vastgesteld, niet zijn betwist. De man stelt dat er geen zwaarwegende belangen van de minderjarige zijn die aan de omgang in de weg staan, en dat de voorzieningenrechter ten onrechte heeft overwogen dat er in de afgelopen zeven jaar geen contact is geweest, afgezien van enkele begeleide proefcontacten.
Het hof heeft de grieven van de man gezamenlijk behandeld en benadrukt dat een rechterlijke beslissing, waartegen geen rechtsmiddel is aangewend, ten uitvoer moet worden gelegd. Het hof oordeelt dat de vrouw onrechtmatig heeft gehandeld door de beschikking van 20 december 2006 terzijde te schuiven. De vraag die voorligt is of aan de vastgestelde omgangsregeling dwangmiddelen moeten worden verbonden, waarbij het belang van het kind als maatstaf dient. Het hof concludeert dat de belangen van de minderjarige niet toestaan dat de vorderingen van de man worden toegewezen, gezien de risico's van loyaliteitsproblemen en de lange duur van de procedure. Het hof bekrachtigt het bestreden vonnis en compenseert de kosten van het hoger beroep, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.