ECLI:NL:GHSGR:2008:BH0721
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Kort geding
- M.A.F. Tan-de Sonnaville
- Th.W.H.E. Schmitz
- A.G. Beets
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid van de Nederlandse rechter in een geschil over paraffinelevering tussen Masterank Europe B.V. en Tantal Lubricants A.G.
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Gravenhage werd behandeld, gaat het om een geschil tussen Masterank Europe B.V. en Tantal Lubricants A.G. over een vordering tot betaling van een bedrag van € 492.284,04 wegens de verkoop en levering van paraffine. Masterank had eerder een vordering van CHF 787.650,30 geregistreerd bij het Betreibungsambt te Basel, waartegen Tantal bezwaar had gemaakt. De rechtbank 's-Gravenhage verklaarde zich onbevoegd om van de vordering kennis te nemen, wat leidde tot het hoger beroep door Masterank.
Het hof oordeelt dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, ondanks de eerdere procedure in Zwitserland. Het hof verwijst naar de conflictenregel van artikel 21 van het EVEX, die bepaalt dat wanneer er vorderingen aanhangig zijn in verschillende staten, de rechter waarbij de zaak het laatst is aangebracht zijn uitspraak ambtshalve aanhoudt totdat de bevoegdheid van de eerste rechter vaststaat. Masterank betoogde dat er geen lopende procedure meer in Zwitserland was en dat de eerste procedure niet dezelfde soort procedure was als bedoeld in artikel 21 EVEX.
Het hof oordeelt dat de argumenten van Tantal niet voldoende zijn om de bevoegdheid van de Nederlandse rechter te betwisten. Het hof vernietigt het bestreden vonnis en verklaart de rechtbank 's-Gravenhage bevoegd om van de vordering kennis te nemen. De zaak wordt verwezen naar deze rechtbank voor verdere behandeling. Tantal wordt veroordeeld in de proceskosten in beide instanties, met uitzondering van het griffierecht in eerste aanleg.