ECLI:NL:GHSGR:2009:BH9153
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- P.J. Wurzer
- M.P.J.G. Göbbels
- S.J.A.M. van Gend
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis rechtbank 's-Gravenhage inzake gevangenisstraf en voorwaardelijke invrijheidsstelling
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 30 maart 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage van 29 mei 2008. De verdachte, geboren in Turkije in 1983, was in eerste aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De zaak kwam voor het hof naar aanleiding van het hoger beroep dat door de verdachte was ingesteld. Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte in overweging genomen. Het hof oordeelde dat de rechtbank op juiste gronden had geoordeeld, maar dat de opgelegde gevangenisstraf niet in overeenstemming was met de nieuwe wetgeving omtrent voorwaardelijke invrijheidsstelling die op 1 juli 2008 in werking was getreden. Deze wetgeving houdt in dat voor een deels voorwaardelijke gevangenisstraf geen voorwaardelijke invrijheidsstelling meer kan worden toegepast. Hierdoor zou het opleggen van eenzelfde straf als in eerste aanleg resulteren in een hogere effectieve straf voor de verdachte. Het hof heeft daarom besloten de straf zodanig te bepalen dat de verdachte feitelijk eenzelfde onvoorwaardelijke gevangenisstraf ondergaat. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd voor wat betreft de straf en in zoverre opnieuw recht gedaan. De gevangenisstraf is vastgesteld op 24 maanden, waarbij 8 maanden niet ten uitvoer zullen worden gelegd, tenzij de verdachte zich binnen de proeftijd van 2 jaren aan een strafbaar feit schuldig maakt. Tevens is bepaald dat de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, in mindering zal worden gebracht op de onvoorwaardelijke gevangenisstraf.