ECLI:NL:GHSGR:2009:BI1738
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- Th.W.H.E. Schmitz
- T.L. Tan
- R. van der Vlist
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de totstandkoming van een huurovereenkomst en schadevergoeding na afgebroken onderhandelingen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door Verkaart Groep B.V. tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage. De werknemer, die 14 jaar in dienst was bij Verkaart, vordert betaling van een bedrag van € 206.764,-- met wettelijke rente en proceskosten, op basis van een vermeende huurovereenkomst voor een bedrijfspand in Barendrecht. De werknemer stelt dat er een huurovereenkomst tot stand is gekomen, terwijl Verkaart dit betwist. De feiten van de zaak tonen aan dat er gesprekken hebben plaatsgevonden over de mogelijkheid dat de werknemer eigenaar zou worden van het bedrijfspand, dat vervolgens aan Verkaart zou worden verhuurd. Echter, het huurcontract is nooit ondertekend en er is geen onvoorwaardelijke instemming van Verkaart met de voorwaarden van de huurovereenkomst. Het hof oordeelt dat er geen perfecte huurovereenkomst tot stand is gekomen, maar dat het afbreken van de onderhandelingen door Verkaart onaanvaardbaar was, gezien het gerechtvaardigde vertrouwen van de werknemer dat er een overeenkomst zou komen. Het hof gelast een comparitie van partijen om verdere informatie te verkrijgen over de onkosten die de werknemer heeft gemaakt in verband met de onderhandelingen. De beslissing van het hof is dat Verkaart in beginsel gehouden is om de gemaakte onkosten te vergoeden, maar dat de verdere beoordeling van de schadevergoeding in een later stadium zal plaatsvinden.