ECLI:NL:GHSGR:2009:BL2482
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- J.W. Savelbergh
- P.J.J. Vonk
- J.J.J. Engel
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van belastingaanslagen en boetebeschikkingen in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 11 augustus 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank 's-Gravenhage. De belanghebbende, een natuurlijke persoon, had bezwaar gemaakt tegen verschillende belastingaanslagen en boetebeschikkingen die door de Inspecteur van de Belastingdienst waren opgelegd. De belastingaanslagen betroffen navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting voor de jaren 2000, 2001 en 2002, alsook een reguliere aanslag voor het jaar 2003. De rechtbank had in haar eerdere uitspraak de meeste bezwaren van de belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard of ongegrond verklaard, met uitzondering van de boetebeschikking voor het jaar 2002, die werd verminderd.
In hoger beroep heeft de belanghebbende de rechtbankuitspraak bestreden en verzocht om vernietiging van de uitspraak, alsook om vrijstelling van dubbele belasting over haar pensioenrechten. Het Hof heeft de argumenten van de belanghebbende beoordeeld, maar kwam tot de conclusie dat zij geen nieuwe feiten of omstandigheden had aangedragen die de eerdere beoordeling van de rechtbank konden ondermijnen. Het Hof oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld over de navorderingsaanslagen en boetebeschikkingen, en bevestigde de eerdere uitspraak.
De uitspraak van het Hof benadrukt het belang van het aanleveren van relevante feiten en omstandigheden in hoger beroep, en bevestigt dat de belastingaanslagen en boetebeschikkingen op goede gronden zijn opgelegd. De belanghebbende heeft geen bewijs kunnen leveren dat de rechtbank tot een onjuiste beoordeling is gekomen, en het Hof heeft de zaak ongegrond verklaard. De proceskosten werden niet toegewezen, en de belanghebbende werd geïnformeerd over de mogelijkheid om in cassatie te gaan.