ECLI:NL:GHSGR:2010:BM0980
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- A. Dusamos
- M. Kamminga
- J. van Wijk
- Rechtspraak.nl
Wijziging van de voornaam van een minderjarige en de beoordeling van zwaarwegend belang
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 10 maart 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van de voornaam van een minderjarige. De man, verzoeker in hoger beroep, had eerder bij de rechtbank Dordrecht een verzoek ingediend tot wijziging van de voornaam van zijn minderjarige kind, geboren in 2006. Dit verzoek was door de rechtbank afgewezen. De man stelde dat er een zwaarwegend belang was voor de wijziging, omdat de minderjarige feitelijk al een andere naam droeg, die met de vrouw was overeengekomen. De vrouw, verweerster in hoger beroep, betwistte dit en stelde dat er geen zwaarwegend belang was voor de wijziging van de naam. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 februari 2010 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht, waarbij de advocaat-generaal niet aanwezig was.
Het hof heeft overwogen dat volgens artikel 1:4, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek een wijziging van de voornaam alleen kan plaatsvinden indien er voldoende zwaarwegend belang is. Het hof concludeerde dat de man niet kon aantonen dat er een dergelijk belang was. De man had zijn verzoek gereduceerd tot het feit dat hij niet op de hoogte was van de formele naam van de minderjarige, wat het hof niet als een zwaarwegend belang beschouwde. Bovendien was er een rapport van de raad uit 2007 waarin de minderjarige met de formele naam werd aangeduid. Het hof heeft daarom de bestreden beschikking van de rechtbank bekrachtigd en het verzoek van de man afgewezen.
De beslissing van het hof benadrukt het belang van de formele naamgeving en de noodzaak van zwaarwegende belangen bij verzoeken tot wijziging van voornamen in het familierecht. De kosten van de procedure werden gecompenseerd, wat gebruikelijk is in zaken van familierechtelijke aard.