ECLI:NL:GHSGR:2010:BM1860
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- B.A. Stoker-Klein
- G.J.W. van Oven
- G. Knobbout
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen na vrijspraak van primair tenlastegelegde
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 9 maart 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank te Rotterdam van 17 september 2009. De verdachte, geboren in 1994 en thans verblijvende in Rijksinrichting Eikenstein te Zeist, was in eerste aanleg vrijgesproken van het primair tenlastegelegde, maar kreeg wel de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen opgelegd voor het subsidiair tenlastegelegde. De advocaat-generaal had gevorderd dat het vonnis van de rechtbank zou worden vernietigd en dat de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen zou worden opgelegd, met een advies voor plaatsing in de Heuvelrug te Eikenstein.
De tenlastelegging betrof een diefstal met geweld op 21 november 2008 te Rotterdam, waarbij de verdachte samen met anderen een tas heeft weggenomen van de benadeelde partij, met geweld en bedreiging. Dit geweld resulteerde in zwaar lichamelijk letsel voor de benadeelde partij. Het hof heeft de vordering van de benadeelde partij tot een bedrag van € 5.645,53 toegewezen, met uitzondering van het overige deel van de vordering.
Het hof heeft de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen bevestigd, onder verwijzing naar de gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens van de verdachte ten tijde van het delict, de aard van het misdrijf, en de noodzaak om de veiligheid van anderen te waarborgen. Het hof oordeelde dat de maatregel in het belang is van de verdere ontwikkeling van de verdachte. De beslissing van het hof is genomen na het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek in hoger beroep, waarbij het hof kennis heeft genomen van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte.