ECLI:NL:GHSGR:2010:BM8199
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Dusamos
- A. Husson
- C. Bos
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van samenwoning en lotsverbondenheid in het kader van partneralimentatie
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 26 mei 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van de partneralimentatie. De vrouw, die in hoger beroep was gekomen van een beschikking van de rechtbank Rotterdam, stelde dat haar relatie met de heer [X] zich in de loop van 2008 en 2009 duurzaam had ontwikkeld. De man, die incidenteel appel had ingesteld, betwistte dit en verzocht het hof de alimentatieverplichting met terugwerkende kracht te beëindigen. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de relatie tussen de vrouw en de heer [X] onderzocht, waarbij het van belang was of er sprake was van een samenleving als ware zij gehuwd in de zin van artikel 1:160 BW.
Het hof overwoog dat voor een bevestigende beantwoording van deze vraag vereist is dat er een affectieve relatie van duurzame aard bestaat, waarbij de partners elkaar wederzijds verzorgen, samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding voeren. Het hof concludeerde dat er voldoende bewijs was voor een duurzame, affectieve relatie tussen de vrouw en de heer [X], onderbouwd door hun gezamenlijke activiteiten en verantwoordelijkheden voor de kinderen. Echter, het hof oordeelde dat er geen sprake was van een gemeenschappelijke huishouding, omdat de financiële betrokkenheid tussen de vrouw en de heer [X] niet zodanig was dat zij als een gezamenlijke huishouding konden worden aangemerkt.
Uiteindelijk heeft het hof de bestreden beschikking vernietigd en het verzoek van de man om de alimentatieverplichting te beëindigen afgewezen. De vrouw werd in haar verzoeken niet-ontvankelijk verklaard, en het hof oordeelde dat er geen grond was voor een veroordeling van de vrouw in de proceskosten. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige afweging van de feiten en omstandigheden bij de beoordeling van samenwoning en de gevolgen voor alimentatieverplichtingen.