ECLI:NL:GHSGR:2010:BM9280
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. Kamminga
- A. Mink
- H. Hulsebosch
- Rechtspraak.nl
Beëindiging gezamenlijk gezag over minderjarigen in het belang van de kinderen
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 24 maart 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over het gezag van de minderjarigen [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De vader, verzoeker in hoger beroep, had het hof verzocht om het gezamenlijk gezag te beëindigen en hem alleen met het ouderlijk gezag te belasten. De vader stelde dat de communicatie tussen hem en de moeder, verweerster in hoger beroep, ernstig verstoord was en dat dit een onaanvaardbaar risico met zich meebracht voor de minderjarigen. De moeder voerde verweer en stelde dat de communicatie verbeterd kon worden indien deze via haar advocaat verliep.
Het hof heeft vastgesteld dat de communicatie tussen de ouders al geruime tijd slecht verloopt en dat dit heeft geleid tot een ondertoezichtstelling van de minderjarigen door Jeugdzorg. Het hof oordeelde dat de ouders niet in staat zijn om gezamenlijk gezag uit te oefenen zonder dat dit belastend is voor de kinderen. Gezien de omstandigheden en het belang van de minderjarigen heeft het hof besloten het gezamenlijk gezag te beëindigen en het gezag alleen aan de vader toe te kennen. De vader is verplicht om de moeder te informeren over belangrijke zaken met betrekking tot de minderjarigen.
De beslissing van het hof is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de griffier is opgedragen om deze beslissing te communiceren aan de betrokken rechtbanken. De eerdere beschikking van de rechtbank, waarin het verzoek van de vader werd afgewezen, is vernietigd.