ECLI:NL:GHSGR:2010:BN7454
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. van Nievelt
- A. Bouritius
- J. van der Kuijl
- Rechtspraak.nl
Wijziging van het gezag over een minderjarige in het kader van een echtscheiding met complexe omstandigheden
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 23 juni 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van het gezag over een minderjarige. De vader, verzoeker in hoger beroep, was in beroep gekomen tegen een beschikking van de rechtbank van 17 februari 2010, waarin de moeder het ouderlijk gezag over de minderjarige was toegewezen. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. S.W. Hu, betwistte de beslissing van de rechtbank en voerde aan dat de omstandigheden zodanig waren gewijzigd dat het in het belang van het kind was dat hij het eenoudergezag zou krijgen. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. J. Frissen, verweerde zich tegen deze grieven en stelde dat de huidige situatie, waarin zij de primair verzorgende ouder was, in het belang van de minderjarige was.
Het hof overwoog dat op grond van artikel 1:253o van het Burgerlijk Wetboek beslissingen over het gezag gewijzigd kunnen worden indien de omstandigheden zijn veranderd. Het hof constateerde dat de relatie tussen de ouders was verbroken en dat de moeder met de kinderen in een veilige omgeving verbleef, wat essentieel was voor de ontwikkeling van de minderjarige. De vader had onvoldoende blijk gegeven van het belang van het kind voorop te stellen, en de communicatie tussen de ouders was ernstig verstoord.
Het hof oordeelde dat de wijziging van het gezag, waarbij de moeder het eenhoofdig gezag over de minderjarige kreeg, gerechtvaardigd was. De rechtbank had niet buiten de rechtsstrijd getreden en de bestreden beschikking werd bekrachtigd. De vader's verzoek om een verklaring voor recht werd afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van een veilige en stabiele omgeving voor de ontwikkeling van minderjarigen, vooral in situaties van echtscheiding en huiselijk geweld.