ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0999

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
13 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
001763-08
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadevergoeding wegens onterechte hechtenis en niet-ontvankelijkheid verzoeker

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 13 september 2010 uitspraak gedaan in een verzoekschrift dat was ingediend op grond van artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering. De verzoeker, geboren in Turkije in 1968, had een schadevergoeding van € 30.095,- aangevraagd wegens onterechte hechtenis. Dit verzoek volgde op een eerdere vrijspraak in een strafzaak, waarbij het hof op 6 oktober 2008 het vonnis van de rechtbank had vernietigd. De verzoeker had nooit in hechtenis gezeten, wat door de advocaat-generaal, mr. D. Jeras, werd benadrukt tijdens de behandeling van het verzoek op 30 augustus 2010. De advocate van de verzoeker, mr. C. Maat, was niet verschenen, ondanks dat zij behoorlijk was opgeroepen. Het hof heeft vastgesteld dat de verzoeker geen verzekering, klinische observatie of voorlopige hechtenis heeft ondergaan, zoals vereist in artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering. Gezien deze bevindingen heeft het hof de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek om schadevergoeding. De beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier en openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

AV-nummer 001763-08
datum uitspraak 13 september 2010
GERECHTSHOF TE 'S-GRAVENHAGE
meervoudige raadkamer
BESCHIKKING
gegeven naar aanleiding van een ter griffie van dit gerechtshof ingekomen verzoekschrift, op grond van artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering ingediend namens:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Turkije) op
[geboortedag] 1968,
[adres],
in deze zaak woonplaats kiezende ten kantore van zijn advocate, mr. C. Maat, aan de Prinsengracht 706 te 1017 LA Amsterdam.
Procesgang
Dit gerechtshof heeft bij arrest van 6 oktober 2008 met rolnummer 22-007196-06 het vonnis van de rechtbank van 4 december 2006 in de strafzaak tegen de verzoeker met parketnummer 11-700607-06 vernietigd en hem vrijgesproken van het aan hem tenlastegelegde.
Dit arrest is inmiddels onherroepelijk geworden.
Namens verzoeker is vervolgens bij een op 23 december 2008 ter griffie van dit hof ingekomen verzoekschrift gevraagd om toekenning van een schadevergoeding van € 30.095,- ter zake van de door hem in zijn strafzaak ondergane hechtenis.
De raadkamer van het hof heeft het verzoek in het openbaar op 30 augustus 2010 behandeld. Daarbij zijn gehoord de verzoeker en de advocaat-generaal mr. D. Jeras.
De advocate van verzoeker, mr. C. Maat, is - hoewel behoorlijk opgroepen - niet verschenen.
De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de verzoeker in het verzoek, omdat de verzoeker in de strafzaak met opgemeld rolnummer geen verzekering, klinische observatie of voorlopige hechtenis heeft ondergaan, zoals bedoeld in artikel 89, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering.
Ontvankelijkheid van de verzoeker
Op grond van het onderzoek in raadkamer is komen vast te staan dat de verzoeker in de strafzaak met opgemeld rolnummer geen verzekering, klinische observatie of voorlopige hechtenis heeft ondergaan, zoals bedoeld in artikel 89, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.
De verzoeker dient derhalve niet-ontvankelijk in het verzoek te worden verklaard.
Beslissing
Het hof:
Verklaart de verzoeker niet-ontvankelijk in het verzoek.
Deze beschikking is gewezen door
mr. P.J. Wurzer, voorzitter, mr. G.P.A. Aler en mr. M.P.J.G. Göbbels, leden, in het bijzijn van de griffier mr. C. Bossema, en op 13 september 2010 in het openbaar uitgesproken.
Deze beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier.