ECLI:NL:GHSGR:2011:5671

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
6 december 2011
Publicatiedatum
5 oktober 2016
Zaaknummer
200.095.685/01
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake civiele zaak met comparitie van partijen

In deze zaak is [appellante] in hoger beroep gekomen van een vonnis van de rechtbank ’s-Gravenhage, gewezen op 8 juni 2011. Het hoger beroep is ingesteld bij exploot van 1 juli 2011. De zaak is op de rolzitting van 18 oktober 2011 aangebracht. Het Gerechtshof ’s-Gravenhage heeft besloten om een comparitie van partijen te gelasten. Dit is bedoeld om inlichtingen in te winnen en te onderzoeken of er een minnelijke regeling kan worden getroffen. De comparitie kan ook dienen om de mogelijkheden van mediation te verkennen. Indien er geen regeling tot stand komt en de zaak niet naar mediation wordt verwezen, zal de zaak in beginsel naar de rol worden verwezen voor memorie van grieven. De comparitie zal ook worden gebruikt om procedureafspraken te maken, zoals afspraken over termijnen en bewijslevering.

De comparitie is gepland op dinsdag 17 januari 2012 om 9.00 uur, waarbij beide partijen in persoon, vergezeld van hun raadslieden, moeten verschijnen voor de raadsheer-commissaris mr. A.H.N. Stollenwerck in het Paleis van Justitie te ’s-Gravenhage. Het hof heeft bepaald dat uitstel van deze comparitie eenmaal kan worden verleend indien daarom schriftelijk wordt verzocht, met opgave van verhinderdata. Tevens is bepaald dat [appellante] een kopie van het volledige procesdossier van de eerste aanleg, inclusief producties, naar de griffie van het hof moet zenden. Partijen dienen uiterlijk twee weken vóór de comparitie de bescheiden waarop zij een beroep willen doen, te overleggen aan de griffie en aan de wederpartij. Het hof houdt iedere verdere beslissing aan.

Dit arrest is gewezen door de rechters A.N. Labohm, M.J. de Haan-Boerdijk, en A.H.N. Stollenwerck en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 december 2011 in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE

Sector Civiel recht
Zaaknummer : 200.095.685/01
Rolnummer rechtbank : 328404/HA ZA 09-201

arrest d.d. 6 december 2011

inzake

[appellante],

wonende te [woonplaats],
appellant,
hierna te noemen: [appellante],
advocaat: mr. N. Roodenburg te 's-Gravenhage,
tegen
1.
[geïntimeerde 1],
wonende te [woonplaats],
2.
[geïntimeerde 2],
wonende te [woonplaats],
3.
[geïntimeerde 3],
wonende te [woonplaats],
geïntimeerden,
hierna te noemen: [geïntimeerden],
advocaat: mr. M.A. Ossentjuk te Leiden.

Het geding

Bij exploot van 1 juli 2011 is [appellante] in hoger beroep gekomen van het vonnis van 8 juni 2011, door de rechtbank ’s-Gravenhage, sector civiel recht, gewezen tussen partijen. Op de rolzitting van 18 oktober 2011 is de zaak aangebracht.

Beoordeling van het hoger beroep

Het hof ziet aanleiding om een comparitie van partijen te gelasten. Het doel is het inwinnen van inlichtingen en het beproeven van een minnelijke regeling. De comparitie kan ook worden benut om de mogelijkheden van mediation te bezien. Indien geen regeling tot stand komt en de zaak niet naar mediation wordt verwezen, zal de zaak in beginsel naar de rol worden verwezen voor memorie van grieven. De comparitie zal dan verder worden benut om procedureafspraken te maken, zoals afspraken over termijnen en eventuele bewijslevering.

Beslissing

Het hof:
 beveelt partijen in persoon, vergezeld van hun raadslieden, voor het verstrekken van inlichtingen en het beproeven van een minnelijke regeling te verschijnen voor de hierbij benoemde raadsheer-commissaris mr. A.H.N. Stollenwerck in het Paleis van Justitie aan de Prins Clauslaan 60 te ’s-Gravenhage, en wel op
dinsdag 17 januari 2012 om 9.00 uur;
– bepaalt dat uitstel van deze comparitie eenmaal zal worden verleend, indien daarom, onder opgave van verhinderdata van
beide partijen, binnen twee weken na dit arrestschriftelijk wordt verzocht;
– bepaalt dat
[appellante] een kopievan het volledige procesdossier van de eerste aanleg, inclusief producties,
binnen twee weken na dit arrestnaar de griffie handel van dit hof (Postbus 20302, 2500 EH Den Haag, P2-236) zal zenden;
– bepaalt dat partijen de bescheiden waarop zij voor het overige een beroep zouden willen doen, zullen overleggen door deze
uiterlijk twee weken vóór de comparitieaan de griffie handel en aan de wederpartij te zenden;
– houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. A.N. Labohm, M.J. de Haan-Boerdijk, en A.H.N. Stollenwerck en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 december 2011 in aanwezigheid van de griffier.