ECLI:NL:GHSGR:2011:BP3759

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
17 januari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
22-001096-10
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid in hoger beroep wegens gebrek aan grieven

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 17 januari 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Rotterdam, dat op 19 februari 2010 was gewezen. De verdachte, geboren in Rwanda in 1972, heeft niet binnen de vereiste termijn van veertien dagen na het instellen van het hoger beroep een schriftuur met grieven ingediend. Ook heeft hij ter terechtzitting in hoger beroep geen mondelinge bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Het hof heeft ambtshalve geen redenen gezien voor een inhoudelijke behandeling van de zaak in hoger beroep. Dit leidde tot de conclusie dat de verdachte niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het hoger beroep, conform artikel 416, tweede lid van het Wetboek van Strafvordering.

De advocaat-generaal had gevorderd dat de dagvaarding in hoger beroep nietig zou worden verklaard, omdat er geen afschrift van de dagvaarding was verzonden naar het adres dat door de verdachte in zijn eerste politieverhoor was opgegeven. Het hof oordeelde echter dat de dagvaarding in hoger beroep geldig was betekend en dat er geen noodzaak was om een afschrift naar het eerder opgegeven adres te sturen, aangezien dit adres niet het juiste adres was volgens de geldende wetgeving.

De beslissing van het hof, gewezen bij verstek, houdt in dat de verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard in het hoger beroep. Dit arrest is uitgesproken in de openbare terechtzitting van het hof en is ondertekend door de rechters, met uitzondering van mr. E.W. Koning, die buiten staat was om het arrest te ondertekenen.

Uitspraak

Rolnummer: 22-001096-10
Parketnummer: 10-771034-09
Datum uitspraak: 17 januari 2011
VERSTEK
Gerechtshof te 's-Gravenhage
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Rotterdam van 19 februari 2010 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Rwanda) op [geboortedatum] 1972,
[adres].
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft ter terechtzitting in hoger beroep van 17 januari 2011 gevorderd en dat de dagvaarding in hoger beroep nietig zal worden verklaard, omdat geen afschrift van die dagvaarding is uitgegaan naar het adres dat door de verdachte in zijn eerste politieverhoor is genoemd.
Geldigheid dagvaarding in hoger beroep
Het hof is -anders dan de advocaat-generaal- van oordeel dat geen afschrift van de dagvaarding in hoger beroep behoefde te worden gezonden naar het adres dat door de verdachte in zijn eerste politieverhoor ter zake van de tenlastegelegde fietsendiefstal is opgegeven, nu dat adres toentertijd zijn GBA-adres was en het in artikel 588a, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering gaat om een ander adres dan dat GBA-adres.
Het hof is ook overigens van oordeel dat de dagvaarding in hoger beroep geldig is betekend.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
De verdachte heeft niet binnen veertien dagen na het instellen van het hoger beroep een schriftuur met grieven tegen het vonnis ingediend. Evenmin heeft hij ter terechtzitting in hoger beroep mondeling bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Het hof ziet ambtshalve geen redenen voor een inhoudelijke behandeling van de zaak in hoger beroep. Derhalve zal de verdachte, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid van het Wetboek van Strafvordering, niet-ontvankelijk worden verklaard in het hoger beroep.
BESLISSING (bij verstek)
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door mr. G.P.A. Aler, mr. C.J. van der Wilt en mr. E.W. Koning, in bijzijn van de griffier mr. M.C. Bongaerts.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 17 januari 2011.
mr. E.W. Koning is buiten staat dit arrest te ondertekenen.