ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ2162
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- A. Dupain
- M.A.F. Tan - de Sonnaville
- M.J. van der Ven
- Rechtspraak.nl
Huur; hoofdelijke aansprakelijkheid contractuele medehuurder
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [X] tegen een vonnis van de rechtbank Rotterdam, sector kanton, dat op 2 juli 2009 is gewezen. Het hof behandelt de zaak die draait om de hoofdelijke aansprakelijkheid van huurders voor de huurpenningen van een appartement dat gezamenlijk werd gehuurd door [X] en twee anderen, [Y1] en [Y2]. De huurprijs bedroeg € 577,38 per maand, maar er is een huurachterstand ontstaan. [Y c.s.] heeft de huurders aangesproken op hun verplichtingen en vorderingen ingesteld voor de kantonrechter, die de vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming heeft toegewezen. Het hof constateert dat [X] en de andere huurders hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de huurbetalingen, ook al is in de huurovereenkomst niet expliciet vermeld dat zij hoofdelijk aansprakelijk zijn. Dit volgt uit de wet, en het hof oordeelt dat [X] niet kan volhouden dat hij slechts voor een derde van de huur verantwoordelijk is. Het hof verwerpt ook het beroep van [X] op dwaling, omdat hij geen vernietiging van de overeenkomst heeft gevraagd. De vordering tot betaling van buitengerechtelijke kosten wordt afgewezen, omdat [Y c.s.] niet heeft aangetoond dat deze kosten zijn gemaakt. Het hof houdt de verdere beslissing aan en stelt [X] in de gelegenheid om te reageren op de incidentele grief van [Y c.s.].