ECLI:NL:GHSGR:2011:BT2181
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over ontbinding huurovereenkomst wegens overlast en onderverhuur
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [de huurster] tegen een vonnis van de rechtbank ’s-Gravenhage, waarin de huurovereenkomst met Haag Wonen is ontbonden wegens overlast en onderverhuur. De huurster, die sinds 28 juli 2005 de woning aan [Locatie 1] huurt, heeft in hoger beroep grieven ingediend tegen de vaststelling van de kantonrechter dat er sprake was van wanbetaling, overlast en onderverhuur. De kantonrechter had geoordeeld dat deze tekortkomingen de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigden. Haag Wonen heeft in eerste aanleg gevorderd om de huurovereenkomst te ontbinden en de huurster te veroordelen tot ontruiming van de woning. De huurster ontkent de beschuldigingen van overlast en onderverhuur en heeft bewijsstukken overgelegd ter ondersteuning van haar verweer. Het hof heeft vastgesteld dat de bewijslast met betrekking tot de gestelde overlast en onderverhuur op Haag Wonen rust. Het hof heeft de meldingen van buren over overlast en onderverhuur als bewijsstukken in overweging genomen. De huurster heeft verklaard dat zij regelmatig ziek is en tijdelijk elders verblijft, en dat de personen die in haar woning verblijven vrienden van haar zoon zijn. Het hof heeft de huurster in de gelegenheid gesteld om het door Haag Wonen geleverde bewijs te ontzenuwen en heeft verdere beslissingen aangehouden. Het hof heeft aangekondigd dat na de getuigenverhoren een comparitie zal worden gelast om nadere inlichtingen te verkrijgen en een schikking te beproeven.