ECLI:NL:GHSGR:2011:BT7574

Gerechtshof 's-Gravenhage

Datum uitspraak
11 oktober 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
MHD 200.077.483 E
Instantie
Gerechtshof 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Non-conformiteit bij de verkoop van een tweedehands auto met verborgen gebreken

In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Gravenhage diende, gaat het om een geschil tussen de vennootschap onder firma F&S Autohandel en de koper van een tweedehands Ford Ka. De koper, [Z.], had de auto op 30 januari 2010 gekocht, maar ondervond al snel ernstige gebreken. Na herhaaldelijk contact met de verkoper en het ontbreken van een bevredigende oplossing, heeft [Z.] de koopovereenkomst ontbonden en de verkoper in gebreke gesteld. F&S heeft in eerste aanleg geen inhoudelijk verweer gevoerd, en de kantonrechter heeft de vordering van [Z.] toegewezen, met een veroordeling van F&S in de proceskosten.

In hoger beroep heeft F&S de beslissing van de kantonrechter bestreden, stellende dat [Z.] geen recht had op ontbinding van de overeenkomst omdat zij de auto 'zoals gezien' had gekocht en geen onderzoek had gedaan naar de staat van de auto. Het hof overweegt echter dat de gebreken die door de garage Perfect Gear Auto’s zijn vastgesteld, niet evident waren voor een leek en dat F&S haar mededelingsplicht heeft geschonden. Het hof concludeert dat de auto niet voldeed aan de verwachtingen die de koper op basis van de koopovereenkomst mocht hebben, en dat er sprake is van non-conformiteit.

Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt F&S in de kosten van het hoger beroep. De beslissing benadrukt de verantwoordelijkheid van de verkoper om te voldoen aan de mededelingsplicht, ongeacht of er een garantie is gegeven. Dit arrest is gewezen op 11 oktober 2011 en onderstreept de rechten van consumenten bij de aankoop van tweedehands goederen, vooral wanneer er verborgen gebreken aan het licht komen.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE
Nevenzittingsplaats ’s-Hertogenbosch
Sector civiel recht
zaaknummer MHD 200.077.483
arrest van de tweede kamer van 11 oktober 2011
in de zaak van
1. de vennootschap onder firma F&S AUTOHANDEL,
gevestigd te [vestigingsplaats],
2. [X.],
wonende te [woonplaats],
3. [Y.],
wonende te [woonplaats],
appellanten,
advocaat: mr. M.D. Winter,
tegen:
[Z.],
wonende te [woonplaats],
geïntimeerde,
advocaat: mr. A. Buth,
als vervolg op het door het hof gewezen tussenarrest van 7 juni 2011 in het hoger beroep van het door de rechtbank Middelburg, sector kanton, locatie Middelburg onder nummer 204615/10-2504 gewezen vonnis van 9 augustus 2010.
5. Het tussenarrest van 7 juni 2011
Bij genoemd arrest is een comparitie van partijen gelast en is iedere verdere beslissing aangehouden.
6. Het verdere verloop van de procedure
Op 18 augustus 2011 heeft de comparitie van partijen plaatsgevonden. Hiervan is proces-verbaal opgemaakt, dat zich bij de stukken bevindt. Partijen hebben geen minnelijke regeling bereikt. Het hof zal thans recht doen op de reeds door appellanten voorafgaand aan de comparitie gefourneerde stukken.
7. De verdere beoordeling
7.1. Het gaat in deze zaak om het volgende.
7.1.1. F&S heeft op 8 januari 2010 een zwarte Ford Ka, kenteken [kentekennummer], bouwjaar 1997, van een derde ingekocht. Deze auto was in november 2009 APK gekeurd. [X.] heeft namens F&S verklaard dat hij zich niet meer kan herinneren of hij met de verkoper over het verleden van de auto had gesproken. Hij verklaarde dat hij de auto heeft gewassen en schoongemaakt en vervolgens via internet te koop heeft aangeboden.
7.1.2. [Z.] heeft op dit aanbod gereageerd. Op 30 januari 2010 is zij samen met haar man, [A.], naar F&S in [vestigingsplaats] gegaan. Zij hebben geen proefrit met de auto gemaakt, maar wel onder de motorkap gekeken. Gesteld noch gebleken is dat [Z.] enige navraag naar het verleden van de auto heeft gedaan, noch dat F&S eigener beweging aan [Z.] enige informatie omtrent de auto heeft verstrekt. Wel heeft F&S aan [Z.] het APK-rapport verstrekt.
7.1.3. [Z.] heeft vervolgens de auto gekocht voor de prijs van € 1.750,-. Deze prijs werd teruggebracht tot € 1.735,-- in verband met het door [Z.] geconstateerde ontbreken van een deurpalletje. De verkoopnota, welke door [Z.] is getekend, vermeldt (voorgedrukt) dat [Z.] de auto gekocht heeft “zoals gezien, bereden en akkoord bevonden”. (prod. 2 mvg).
7.1.4. Op 17 maart 2010 schreef [A.] aan F&S onder meer (prod. 3 inl. dagv.):
“De afgelopen week heeft mijn vrouw herhaaldelijk contact met u gehad m.b.t. de Ford Ka die wij op 30 januari van dit jaar bij u gekocht hebben; de Ford Ka in kwestie vertoon[d] hele rare zaken die uiteen lopen van schimmelachtige plekken in de auto tot het stilvallen tijdens het rijden en in de bochten. (..) Het gebrek aan de deur hebben wij voor lief genomen en ook het onverwachts uitvallen van de radio en/of de binnenverlichting. (..) Overigens duiden de gebreken, naar mijn idee, op het hebben van waterschade en dus hebben wij een “schade” auto gekocht. (..)
Aangezien u het blijkbaar moeilijk vindt om een besluit te maken doe ik u hierbij 2 voorstellen om dit probleem op te lossen:
(..)
N.B. Mocht er onverhoopt geen passende reactie van uw zijde komen (..) dan zal ik alsnog overgaan om u officieel in gebreke te stellen”.
Op 18 maart 2010 voegde [A.] hier nog aan toe (prod. 4 inl. dagv.):
“(..) Tevens krijg ik op mijn nieuwe voorstel, van U, ook geen enkele reactie en ga er dan ook van uit dat U niet van plan bent om tot overeenstemming te komen. (..) Hierbij stel ik U dan ook officieel in gebreke. Hierbij sommeer ik U dan ook voor vanavond 18.30 uur contact op te nemen (..) en een uitspraak te doen omtrent de voorstellen. (..)”
7.1.5. Op 20 maart 2010 antwoordde F&S hierop (prod. 4 inl. dagv.):
“Sorry, wij kunnen niks voor u betekenen. Wij hebben u geen garantie gegeven en dat betekent dat wij niet aansprakelijk zijn voor een tweedehands auto die wij, voor weinig geld aan klanten verkopen.”
7.1.6. Op 24 maart heeft Perfect Gear Auto’s de auto gekeurd en 4 bougies vervangen voor in totaal € 116,62. (prod. 5 inl. dagv.). [B.] (keurmeester van deze garage) schreef aan [Z.] (prod. 6 inl. dagv.)
“(..) Auto is in slechte staat, heeft voorschade gehad en is provisorisch gerepareerd. (..) de gebreken zijn als volgt:
1. motorkapontgrendeling defect
2. motor houdt in (..) lambdasensor defect
3. Bougie’s versleten en een bougiekabel defect
4. Co gehalte stationair 2,5% (..)
5. Roestschade (..) aanhechting achteras (..)
6. Geen reservewiel (..)
7. Airco defect (..)
8. Roestschade rechter dorpel buitenzijde
9. Roestschade rechter binnenkant dorpel (..)
10. Zittingbak achterbank (..) gaten
11. Kachel niet te verstellen (..)
12. Draagarmrubbers linker draagarm versleten (..)
13. Remmen achter lopen aan (..)
14. Bumperbalk voor gericht na schade (..)
Prijsindicatie niet te geven, auto wordt door ons niet gerepareerd!, advies: sloop (..)”
7.1.8. Namens [Z.] heeft haar advocaat op 25 maart de koopovereenkomst ontbonden en F&S gesommeerd het aankoopbedrag van € 1.750,-- binnen twee werkdagen terug te betalen, waarna F&S de auto bij [Z.] zou kunnen ophalen (prod. 7 inl. dagv). F&S heeft hieraan niet voldaan.
7.2. [Z.] heeft daarop F&S in rechte betrokken en betaling gevorderd van € 2.310,42, bestaande uit;
-koopsom auto € 1.750,-;
-deskundigenrapport € 116,62;
-autoband € 59,80;
-juridische bijstand € 384,-; alles met de wettelijke rente vanaf 25 maart 2010 en met nakosten. F&S heeft hiertegen in eerste aanleg geen inhoudelijk verweer gevoerd.
Bij het thans bestreden vonnis heeft de kantonrechter de vordering toegewezen met veroordeling van F&S in de kosten van de procedure, zij het dat de buitengerechtelijke incassokosten zijn gematigd tot € 300,- en de vordering tot betaling van de nakosten is afgewezen.
7.3.1. F&S zijn van dit vonnis in appel gekomen met één grief, die inhoudt dat de kantonrechter ten onrechte de vordering heeft toegewezen, zoals hij heeft gedaan. Uit de toelichting blijkt, naar het hof begrijpt, dat F&S van mening is dat nu het gaat om een tweedehands auto die voor een relatief klein bedrag is gekocht door [Z.], zij niet te veel van de auto had mogen verwachten. Bij de aankoop heeft [Z.] verklaard, aldus F&S, dat zij de auto heeft bereden: “Aangenomen mag worden dat op dat moment alles in orde was”. F&S vermoedt dat [Z.] tijdens haar zwangerschap de auto aan derden in gebruik heeft gegeven, “die de achteraf door haar gestelde mankementen hebben veroorzaakt”.
7.3.2. F&S heeft deze grief niet nader met feiten onderbouwd, noch biedt zij aan het door haar gestelde te bewijzen.
7.4.1. Het hof overweegt dat F&S de aanwezigheid van de door [Z.] gestelde gebreken niet heeft betwist. De enkele mededeling ter zitting door [X.] gedaan, dat de auto goed reed toen F&S deze inkocht, valt niet als een betwisting van de gestelde gebreken op te vatten. Daarmee staan de gebreken in rechte vast. Het verweer dat iemand anders deze zou hebben veroorzaakt is, gezien de aard van de gebreken, volstrekt onaannemelijk en ook overigens niet nader onderbouwd.
7.4.2. F&S stelt, zo begrijpt het hof, dat [Z.] geen enkel onderzoek heeft gedaan, althans dat zij door ondertekening van het aankoopbewijs akkoord is gegaan met de staat van de auto. F&S heeft ook uitdrukkelijk geen garantie gegeven. [Z.] heeft hiertegen aangevoerd dat F&S haar mededelingsplichten heeft geschonden.
7.4.3. Het hof stelt vast dat [Z.] geen onderzoek heeft gedaan naar de staat van de auto. Zij heeft geen proefrit gemaakt. Weliswaar heeft zij ter zitting verklaard dat zij en haar man onder de motorkap hebben gekeken en de motor stationair hebben laten draaien, maar zij heeft tevens verklaard dat zij en haar man niet technisch zijn, zodat het hof dit niet als een rechtens relevant onderzoek beschouwt. Naar het oordeel van het hof hadden de gebreken door garage Perfect Gear Auto’s opgesomd onder 1, 6-8, 10 en 11 - ook zonder dat [Z.] en haar man verstand hadden van auto’s - [Z.] bij de aankoop van de auto op moeten vallen. Deze zijn zo evident dat F&S hieromtrent geen mededelingen aan [Z.] had hoeven te doen. [Z.] kan niet achteraf alsnog over deze evidente gebreken klagen, te meer niet nu zij de aankoopnota - waarop de voorgedrukte frase “zoals gezien, bereden en akkoord bevonden” stond - voor akkoord heeft getekend. Overigens staan deze gebreken niet in de weg aan wat ook een oude tweedehands auto moet kunnen doen, te weten: de openbare weg veilig berijden. Die gebreken rechtvaardigen een ontbinding dan ook niet.
7.4.4. Anders is dat echter met de overige opgesomde gebreken. Deze zijn door een leek niet op het eerste gezicht waarneembaar. De gebreken 2-5, 9, 12-14 zijn ernstig en maken, zo is onbetwist door garage Perfect Gear Auto’s vastgesteld, dat de auto niet geschikt was om de openbare weg te berijden. Daarmee voldeed de auto niet aan datgene wat ervan verwacht mocht worden en is er sprake van non-conformiteit. Gesteld noch gebleken is dat de koopprijs van € 1750,-- voor een 12-jaar oude Ford Ka zodanig laag is, dat de koper niet kon verwachten dat de auto nog aan het verkeer kon deelnemen.
7.4.5. Mogelijk is dat F&S hiervan evenmin op de hoogte was, nu zij het hof heeft medegedeeld dat zij de auto na de inkoop alleen maar heeft gewassen en schoongemaakt (en dus niet nader heeft onderzocht of gekeurd). Dat F&S zelf de auto niet nader heeft onderzocht alvorens deze door te verkopen - en zij daardoor niets wist over de staat van de ter verkoop aangeboden auto - blijft echter geheel voor haar eigen risico nu de mededelingsplicht van de verkoper in deze prevaleert boven de onderzoeksplicht van de koper.
7.4.6. Aan de bedoelde non-conformiteit van de auto doet niet aan af dat F&S, zoals zij zegt, geen garantie heeft gegeven. Ook zonder garantie rust op de verkoper de (basis)verplichting om te verkopen en te leveren van datgene wat de koper op grond van de koopovereenkomst mocht verwachten. Voorts is uit het verhandelde ter zitting gebleken dat [Z.] de auto voor de aankoop niet heeft bereden. F&S, die daarvan op de hoogte was, kan dan ook niet in gemoede hebben gemeend dat [Z.] door ondertekening van het aankoopbewijs afstand zou hebben gedaan van haar recht om ontbinding van de overeenkomst te vorderen, op grond van non-conformiteit, gestoeld op niet aanstonds zichtbare gebreken aan de auto. Terecht heeft [Z.] derhalve – na F&S zonder resultaat in de gelegenheid te hebben gesteld een en ander te redresseren – de koopovereenkomst ontbonden.
7.4.7. De hoogte van de vordering van [Z.] tot terugbetaling van de koopprijs is door F&S verder niet betwist. Zij betwist evenmin de noodzaak van de vervanging van de band, noch de door [Z.] gemaakte expertisekosten.
7.4.8. Uit het voorgaande vloeit voort dat de grief faalt en het vonnis zal worden bekrachtigd onder aanvulling van de gronden waarop het berust. F&S zal als in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.
8. De beslissing
Het hof:
bekrachtigt, onder aanvulling van de gronden waarop het berust, het vonnis van de kantonrechter te Middelburg op 9 augustus 2010 tussen partijen gewezen;
veroordeelt de vennootschap onder firma F&S Autohandel, [X.] en [Y.] hoofdelijk, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, in de kosten van het hoger beroep, aan de zijde van [Z.] tot op heden begroot op € 280,-- aan verschotten en € 1.264,-- aan salaris advocaat;
verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad.
Dit arrest is gewezen door mrs. H.A.G. Fikkers, J.C.J. van Craaikamp en G.J. Vossestein en in het openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 11 oktober 2011.