ECLI:NL:GHSGR:2011:BU3211
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- G.P.A. Aler
- N. Schaar
- T.W.H.E. Schmitz
- Rechtspraak.nl
Beslissingen ten aanzien van voorbereiding Schipholbrand-zaak
In deze zaak, die betrekking heeft op de brand in het Detentie- en Uitzetcentrum Schiphol-Oost op 26 oktober 2005, heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 3 november 2011 een regiezitting gehouden. De verdachte, geboren in Libië en thans zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, is beschuldigd van het veroorzaken van deze brand. De verdediging heeft aangegeven dat de verdachte een oordeel wenst over de vraag of de brand door zijn handelen is veroorzaakt, maar het hof kan hier niet op ingaan zonder bewijs van opzet of schuld. De verdediging heeft verzocht om empirisch onderzoek naar de mogelijkheid dat een weggeworpen shagje brand kan veroorzaken, wat door de advocaat-generaal wordt ondersteund, mits dit onderzoek voorafgaat aan de beoordeling van opzet of schuld.
Het hof heeft besloten dat er opnieuw empirisch onderzoek moet worden verricht naar het brandgenererend vermogen van shagjes en sigaretten. Dit onderzoek moet worden uitgevoerd onder specifieke randvoorwaarden, zoals het gebruik van bepaalde merken shag en vloeipapier, en met inachtneming van de omstandigheden ten tijde van de brand. De advocaat-generaal heeft ook aangegeven dat de verdachte in hoger beroep moet worden gehoord, omdat zijn verklaring van belang kan zijn voor de zaak. Het hof respecteert de keuze van de verdachte om niet ter terechtzitting te verschijnen vanwege de onveilige situatie in Libië, maar heeft geen aanleiding gezien om de persoonlijke verschijning van de verdachte te gelasten.
De voorzitter van het hof heeft de advocaat-generaal verzocht om tijdig productinformatie over de zelfdovendheid van de gebruikte tabakswaren aan het dossier toe te voegen. De zaak is geschorst tot de volgende zitting op 13 februari 2012, waar verdere beslissingen zullen worden genomen.