GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE
Sector Civiel recht
Uitspraak : 21 november 2012
Zaaknummer : 200.110.712/01
Rekestnr. rechtbank : EJ VERZ 11-84206
[verzoeksterer],
wonende te [woonplaats],
verzoekster in hoger beroep,
hierna te noemen: de verzoekster,
advocaat mr. M.J. Post te ’s-Gravenhage.
PROCESVERLOOP IN HOGER BEROEP
De verzoekster is op 27 juli 2012 in hoger beroep gekomen van een beschikking van 2 mei 2012 van de kantonrechter in de rechtbank ‘s-Gravenhage, sector kanton, locatie ’s-Gravenhage.
Van de zijde van de verzoekster zijn bij het hof op 17 augustus 2012 aanvullende stukken ingekomen.
Op 17 oktober 2012 is de zaak mondeling behandeld. Verschenen zijn: de verzoekster, bijgestaan door haar advocaat. De verzoekster en haar advocaat hebben het woord gevoerd.
PROCESVERLOOP IN EERSTE AANLEG EN VASTSTAANDE FEITEN
Voor het procesverloop en de beslissing in eerste aanleg verwijst het hof naar de bestreden beschikking.
Bij die beschikking heeft de rechtbank het verzoek van de verzoekster tot instelling van een bewind over de goederen die aan haar (zullen) toebehoren, met benoeming van Procom Beheer V.o.f. tot bewindvoerder, afgewezen.
Het hof gaat uit van de door de rechtbank vastgestelde feiten, voor zover daartegen in hoger beroep niet is opgekomen.
BEOORDELING VAN HET HOGER BEROEP
1. In geschil is de afwijzing van het verzoek tot instelling van een bewind over de goederen die aan de verzoekster (zullen) toebehoren.
2. De verzoekster verzoekt het hof de bestreden beschikking te vernietigen en, opnieuw beschikkende, het verzoek van de verzoekster tot instelling van een bewind toe te wijzen met benoeming van mevrouw N.A. van der A en de heer H.J. van Haastert, tezamen vormend de vennootschap onder firma Pro Econ (het hof leest: Procom Beheer v.o.f.), tot bewindvoerder, kosten rechtens.
3. De verzoekster stelt zich op het standpunt dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat zij op basis van haar lichamelijke en/of geestelijke toestand in staat is zelf haar vermogensrechtelijke belangen te behartigen. De verzoekster voert daartoe aan dat zij op zeer jonge leeftijd ernstige gebeurtenissen heeft meegemaakt bestaande uit misbruik en een poging tot zelfmoord. Als gevolg van het misbruik heeft zij last van verschillende psychische klachten. Ook kampt zij sinds haar geboorte met ademhalingsproblemen en hyperventilatie. Daarnaast heeft zij last van chronische stress doordat zij lastig wordt gevallen door haar voormalige partner. De verzoekster heeft een periode onder behandeling gestaan bij PsyQ, maar heeft haar behandeling daar niet kunnen afronden wegens financiële problemen. De verzoekster leeft thans van een uitkering waarop beslag is gelegd en het lukt haar op eigen kracht niet om uit de financiële problemen te komen.
4. Het hof stelt voorop dat indien een meerderjarige als gevolg van zijn lichamelijke of geestelijke toestand tijdelijk of duurzaam niet in staat is ten volle zijn vermogensrechtelijke belangen zelf behoorlijk waar te nemen, de kantonrechter een bewind, zoals bedoeld in artikel 1:431 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW), kan instellen over één of meer van de goederen, die hem als rechthebbende toebehoren of zullen toebehoren.
5. Op grond van de overgelegde stukken, de verklaringen ter terechtzitting en de eigen waarneming is het hof van oordeel dat de grond voor onderbewindstelling als bedoeld in artikel 1:431 lid 1 van het BW aanwezig is. Het hof is genoegzaam gebleken dat de verzoekster thans als gevolg van haar geestelijke gesteldheid tijdelijk niet in staat is ten volle haar vermogensrechtelijke belangen zelf behoorlijk waar te nemen. Het hof neemt daarbij tevens in aanmerking dat de huidige situatie van de verzoekster zeer problematisch is en dat zij in de loop van de tijd, ten gevolge van haar geestelijke toestand, in de financiële problemen is geraakt. Op het moment van het indienen van het verzoek tot onderbewindstelling waren de betalingsachterstanden van de verzoekster flink opgelopen en thans heeft zij aanzienlijke schulden. De noodzaak tot een onderbewindstelling is het hof onder voormelde omstandigheden genoegzaam gebleken.
6. Gelet op het voorgaande de bestreden beschikking worden vernietigd en het inleidend verzoek alsnog worden toegewezen.
BESLISSING OP HET HOGER BEROEP
vernietigt de bestreden beschikking en, in zoverre opnieuw beschikkende:
stelt onder bewind de goederen, die toebehoren of zullen toebehoren aan [verzoeksterer], geboren [in] 1975 te [geboorteplaats], als rechthebbende en benoemt daarbij Procom Beheer v.o.f., gevestigd te 2517 GK Den Haag, Sweelinckplein 9-11, tot bewindvoerder;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mrs. van Nievelt, van de Poll en Punselie, bijgestaan door mr. Wittich-de Ridder als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 21 november 2012.