ECLI:NL:GHSHE:2000:AA8820

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
20 november 2000
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
K 00.0190
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
  • J. van der Velden
  • A. Jurgens
  • M. Aerden
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beklag ex artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering inzake niet vervolgen van klagers wegens diefstal

Op 20 november 2000 heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een zaak waarin klagers een beklag hadden ingediend op basis van artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering. De klagers, die beschuldigd werden van winkeldiefstal, hadden in 1995 een transactie aangeboden gekregen van de officier van justitie. Na het voldoen aan de voorwaarden van deze transactie, dienden de klagers op 24 augustus 2000 een klaagschrift in bij het hof, met het verzoek om vervolging te bevelen. Dit verzoek was ingegeven door de wens om de vermelding van het transactie-aanbod uit hun justitiële documentatie te laten schrappen, omdat dit hen belemmerde bij het aanvragen van een verblijfsvergunning.

De advocaat-generaal adviseerde het hof om de klagers niet-ontvankelijk te verklaren in hun beklag. Het hof overwoog dat het horen van klagers in raadkamer niet noodzakelijk was, gezien de omstandigheden van de zaak. Het hof oordeelde dat de termijn voor het indienen van het beklag, die drie maanden na het voldoen aan de transactievoorwaarden bedraagt, was overschreden. Klagers hadden hun beklag pas op 4 september 2000 ingediend, terwijl de termijn al enkele jaren verstreken was. Er waren geen omstandigheden aangevoerd die rechtvaardigden dat van deze termijn afgeweken zou moeten worden.

Uiteindelijk verklaarde het hof de klagers niet-ontvankelijk in hun beklag, met de overweging dat het advies om de transactie te betalen in de gegeven omstandigheden juist en voor de hand liggend was. De uitspraak werd gedaan door mr. J. van der Velden als voorzitter, bijgestaan door mrs. A. Jurgens en M. Aerden als raadsheren, in aanwezigheid van dhr. de Jonge als griffier.

Uitspraak

Kl. 00.0190
GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH
Beschikking van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, achtste kamer, van 20 november 2000 inzake het beklag ex artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering van:
[klager]
wonende te [woonplaats]
te dezer zake domicilie kiezende ten kantore van zijn raadsman
mr. C.A.J.M. Snijders,
en
[klager]
wonende te [woonplaats]
te dezer zake domicilie kiezende ten kantore van zijn raadsman
mr. C.A.J.M. Snijders,
over de beslissing van de officier van justitie tot het niet vervolgen van:
klagers zelf,
wegens diefstal.
De feitelijke gang van zaken.
Op 14 september 1995 heeft het warenhuis Vroom & Dreesman aangifte gedaan van winkeldiefstal, beweerdelijk jegens hem gepleegd door klagers.
Aan klagers is daarop een transactie aangeboden, op welk transactieaanbod klagers na inwinning van advies daarover zijn ingegaan.
Klagers hebben op 24 augustus 2000 een klaagschrift ingediend bij het hof, ingekomen ter griffie van dit hof op 4 september 2000, met het verzoek de verlangde vervolging te bevelen, teneinde bij een uiteindelijke vrijspraak het transactie-aanbod uit de klagers betreffende justitiële documentatie te kunnen laten schrappen, nu juist de vermelding van dit transactie-aanbod op deze documentatie als contra-indicatie geldt voor het verstrekken van een verblijfsvergunning.
De advocaat-generaal heeft in het schriftelijk verslag van 7 november 2000 het hof geraden klagers niet-ontvankelijk te verklaren in hun beklag.
De beoordeling.
De officier van justitie heeft deze strafzaak ten aanzien van klagers
afgehandeld door het aanbieden van een transactie. Uit voormeld strafdossier blijkt dat klagers in 1995 aan de gestelde voorwaarden hebben voldaan.
Volgens het bepaalde in artikel 12k van het Wetboek van Strafvordering moet het beklag worden gedaan binnen drie maanden na de datum waarop aan de
gestelde transactievoorwaarden is voldaan. Deze termijn is in beginsel ook in dit geval van toepassing. Daar het onderhavige beklag op 4 september 2000 ter griffie van het hof is ontvangen dienen klagers in hun beklag met betrekking tot de verlangde vervolging niet-ontvankelijk te worden verklaard, nu deze termijn reeds enkele jaren is verstreken en er geen omstandigheden zijn aangevoerd waarom in deze van de termijn zou moeten worden afgeweken nu met name niet gesteld kan worden dat klagers destijds misleid zijn door het advies de transactie te betalen nu dat advies in de gegeven omstandigheden juist en zeer voor de hand liggend was.
Gelet op het voorstaande kan worden afgezien van het horen van klagers in raadkamer.
De beslissing.
Het hof verklaart klagers niet-ontvankelijk in hun beklag.
Aldus gegeven door mr. van der Velden, als voorzitter,
mrs. Jurgens en Aerden, als raadsheer,
in tegenwoordigheid van dhr.de Jonge, als griffier,
op 20 november 2000.