ECLI:NL:GHSHE:2001:AB1953
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. van Schaik-Veltman
- A. Meulenbroek
- J. Begheyn
- Rechtspraak.nl
Arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch inzake onrechtmatige verkoop van grondstoffen
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 15 mei 2001 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank te Breda van 9 maart 1999. De appellant, vertegenwoordigd door mr. J.F.H. Hulshuizen, was in hoger beroep gekomen tegen de beslissing van de rechtbank die hem had veroordeeld tot betaling van een bedrag van f. 26.038,32 aan de geïntimeerde, een besloten vennootschap, vertegenwoordigd door mr. M.C. Bijleveld-van der Slikke. De appellant voerde vier grieven aan, die voornamelijk betrekking hadden op de bewijsvoering en de rechtmatigheid van zijn handelen in relatie tot de eigendom van de grondstoffen die hij had verkocht.
De appellant betwistte dat de grondstoffen eigendom waren van de geïntimeerde en stelde dat hij niet op de hoogte was van een eventuele afspraak over de eigendom. Het hof oordeelde echter dat de verklaringen van de getuigen, waaronder de directeuren van de betrokken bedrijven, voldoende steun boden voor de stelling van de geïntimeerde dat de grondstoffen eigendom waren van haar. Het hof concludeerde dat de appellant onrechtmatig had gehandeld door de verkoop van de grondstoffen die niet van hem waren en de betaling daarvan op zijn eigen rekening te laten storten.
Het hof verwierp alle grieven van de appellant en bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, waarbij de appellant werd veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep. De beslissing van het hof werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.