ECLI:NL:GHSHE:2002:AF3315
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. van Etten
- A. den Hartog Jager
- J. de Wolff
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over ontbinding arbeidsovereenkomst en toekenning ontbindingsvergoeding
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 16 oktober 2002 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontbinding van een arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap Royal Construction B.V. (RC) en een werknemer. RC had in eerste aanleg verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst, welke door de kantonrechter was toegewezen met een ontbindingsvergoeding van € 5.672,97. RC ging in hoger beroep, stellende dat de kantonrechter fundamentele rechtsbeginselen had geschonden en dat er geen arbeidsovereenkomst meer bestond op het moment van ontbinding.
De werknemer, vertegenwoordigd door zijn procureur, voerde verweer en stelde dat de kantonrechter terecht had geoordeeld dat het dienstverband niet rechtsgeldig was beëindigd. Het hof oordeelde dat RC ontvankelijk was in haar hoger beroep, maar dat de kantonrechter geen fundamentele rechtsbeginselen had geschonden. Het hof bevestigde dat de kantonrechter de arbeidsovereenkomst had ontbonden met ingang van 15 april 2002, voor het geval deze nog bestond, en dat de ontbindingsvergoeding terecht was toegekend.
Het hof concludeerde dat RC niet was toegelaten tot bewijslevering, omdat het bestaan van de arbeidsovereenkomst geen inzet van het geding was. De beslissing van de kantonrechter werd bekrachtigd, en RC werd veroordeeld in de kosten van het hoger beroep aan de zijde van de werknemer, die tot op heden waren begroot op € 1.737,-.