ECLI:NL:GHSHE:2003:AF5812

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
3 februari 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
98/03977
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • G.J. van Muijen
  • J.W.J. Huige
  • T. Blokland
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen naheffingsaanslag in de overdrachtsbelasting

In deze zaak heeft het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan op het beroep van X te Z tegen de uitspraak van het hoofd van de eenheid registratie en successie te Y van de rijksbelastingdienst. Het betreft een bezwaarschrift tegen een opgelegde naheffingsaanslag in de overdrachtsbelasting, met aanslagnummer 0000. De mondelinge behandeling heeft niet plaatsgevonden; partijen zijn opgeroepen om inlichtingen te verstrekken aan een raadsheer-commissaris. De zitting vond plaats in raadkamer op 31 oktober 2001, waar belanghebbende en de bevoegde inspecteur aanwezig waren.

Tijdens de zitting zijn partijen tot overeenstemming gekomen. Aangezien de belasting al was betaald voordat de naheffingsaanslag werd opgelegd, is besloten dat de naheffingsaanslag vernietigd moet worden. Tevens is overeengekomen dat de Inspecteur uitspraak zal doen op het bezwaar van belanghebbende tegen de voldoening op aangifte. De beslissing over de proceskosten zal worden genomen in de beroepszaak die verband houdt met de uitspraak van de Inspecteur.

Het Hof heeft de bestreden uitspraak en de naheffingsaanslag vernietigd en gelast dat de Inspecteur het door belanghebbende betaalde griffierecht van € 36,30 vergoedt. Deze uitspraak is vastgesteld op 3 februari 2003 door de voorzitter en twee andere rechters, en is op die dag in het openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden, waarbij de wederpartij kan worden veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

BELASTINGKAMER
Nr. 98/03977
HET GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH
U I T S P R A A K
Uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, eerste meervoudige Belastingkamer, op het beroep van X te Z tegen de uitspraak van het hoofd van de eenheid registratie en successie te Y van de rijksbelastingdienst op het bezwaarschrift betreffende de haar opgelegde naheffingsaanslag in de overdrachtsbelasting, aanslagnummer 0000.
De mondelinge behandeling
De mondelinge behandeling van de zaak heeft niet plaatsgehad. Partijen zijn tezamen opgeroepen tot het verstrekken van inlichtingen tegenover een uit het midden van bovenvermelde kamer aangewezen raadsheer-commissaris. De zitting heeft in raadkamer plaatsgehad op 31 oktober 2001 te 's-Hertogenbosch. Aldaar zijn verschenen en gehoord belanghebbende, alsmede het Hoofd van de eenheid grote ondernemingen A, thans de bevoegde inspecteur.
De gronden voor de beslissing
Partijen zijn ter zitting nader tot overeenstemming gekomen in die zin dat, nu de belasting betaald is vóór dat de onderhavige naheffingsaanslag was opgelegd, de naheffingsaanslag moet worden vernietigd. Partijen zijn voorts overeengekomen dat de Inspecteur alsnog uitspraak zal doen op belanghebbendes bezwaar tegen de voldoening op aangifte en dat de beslissing omtrent de proceskosten zal worden genomen in de beroepszaak betreffende die laatstgenoemde uitspraak. Partijen hebben tenslotte verklaard af te zien van een nadere mondelinge behandeling zowel in de onderhavige zaak als in de corresponderende zaak, inmiddels geregistreerd onder kenmerk 02/00415.
De beslissing
Het Hof vernietigt de bestreden uitspraak alsmede de naheffingsaanslag en gelast dat de Inspecteur aan belanghebbende vergoedt het door deze gestorte griffierecht ten bedrage van € 36,30 (ƒ 80,--).
Aldus vastgesteld op 3 februari 2003 door G.J. van Muijen, voorzitter, J.W.J. Huige en T. Blokland, in tegenwoordigheid van C.A.F.M. Stassen, griffier, en op die dag in het openbaar uitgesproken.
Aangetekend in afschrift aan partijen verzonden
op: 3 februari 2003
Het aanwenden van een rechtsmiddel:
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum van deze uitspraak beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
1. Het instellen van beroep in cassatie geschiedt door het indienen van een beroepschrift bij dit gerechtshof (Postadres: Postbus 70583, 5201 CZ 's-Hertogenbosch).
2. Bij het beroepschrift wordt een afschrift van de bestreden uitspraak overgelegd.
3. Het beroepschrift wordt ondertekend en bevat ten minste:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d. de gronden van het beroep in cassatie.
Voor het instellen van beroep in cassatie is een griffierecht verschuldigd.
Na het instellen van beroep ontvangt U een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad. Indien U na een mondelinge uitspraak griffierecht hebt betaald ter verkrijging van de vervangende schriftelijke uitspraak van het gerechtshof, komt dit in mindering op het griffierecht dat is verschuldigd voor het indienen van beroep in cassatie.
In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.