ECLI:NL:GHSHE:2003:AH8876
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P.J.M. Bongaarts
- A.W.J. Strik
- Rechtspraak.nl
Geschil over het aantal gerechtigden bij verkrijging onroerende zaak en toepassing vrijstelling overdrachtsbelasting
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 29 april 2003, stond centraal of er bij de verkrijging van een onroerende zaak door de belanghebbende sprake was van vier of twee gerechtigden, zoals bedoeld in artikel 15-1-g van de Wet op de Belastingen van Rechtsverkeer (WBR). De Inspecteur stelde dat er vier gerechtigden waren: de belanghebbende, zijn echtgenote, zijn broer en diens echtgenote. De belanghebbende betwistte dit en stelde dat er slechts twee gerechtigden waren, namelijk hijzelf en zijn broer.
De mondelinge behandeling vond plaats op 16 april 2003, waarbij zowel de belanghebbende als de Inspecteur aanwezig waren. Het Hof oordeelde dat er slechts twee gerechtigden waren, omdat de belanghebbende en zijn broer niet in gemeenschap van goederen waren gehuwd, wat in Turkije, waar de belanghebbende vandaan komt, niet gebruikelijk is. Dit werd door het Hof als aannemelijk beschouwd, en het Hof volgde de stelling van de belanghebbende dat de vrijstelling van artikel 15-1-g WBR van toepassing was.
Het Hof verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de bestreden uitspraak en gelastte de teruggave van de op aangifte voldane overdrachtsbelasting van ƒ 8.400,=. Tevens werd de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende, vastgesteld op € 644,=. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, A.W.J. Strik, en is op 29 april 2003 openbaar uitgesproken. De belanghebbende heeft het recht om binnen vier weken na de verzenddatum van deze uitspraak een schriftelijk verzoek in te dienen om de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke.