typ. KD
rolnr. C0300802/HE
ARREST VAN HET GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH,
achtste kamer, van 30 november 2004,
gewezen in de zaak van:
[APPELLANT],
wonende te [plaats],
appellant bij exploot van dagvaarding van 22 mei 2003 en herstelexploot van 16 juni 2003,
procureur: mr. E.G.M. van Ewijk,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid IT EXPERTS B.V.,
gevestigd te Eindhoven,
geïntimeerde bij gemelde exploten,
procureur heeft gedesisteerd,
op het hoger beroep tegen het door de rechtbank 's-Hertogenbosch, sector kanton, locatie Eindhoven gewezen vonnis van 6 maart 2003 tussen appellant - [appellant] - als eiser in conventie en verweerder in reconventie en geïntimeerde - IT Experts - als gedaagde in conventie en eiseres in reconventie.
1. Het geding in eerste aanleg (zaaknr. 234550 en rolnr. 01/6754)
Voor het verloop van het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van voormeld vonnis en het daaraan voorafgegane tussenvonnis van 29 augustus 2002.
2. Het geding in hoger beroep
2.1. Bij memorie van grieven heeft [appellant] vier grieven aangevoerd en geconcludeerd tot vernietiging van het vonnis waarvan beroep en, opnieuw rechtdoende, tot toewijzing van zijn vorderingen met veroordeling van IT Experts in de kosten van beide instanties. Het hoger beroep richt zich uitsluitend tegen het vonnis waarvan beroep voor zover in conventie gewezen.
2.2. [appellant] heeft daarna de gedingstukken aan het hof overgelegd en uitspraak gevraagd.
3. De gronden van het hoger beroep
Voor de gronden van het hoger beroep verwijst het hof naar de inhoud van de memorie van grieven.
4.1. Het gaat in dit hoger beroep om het volgende.
4.1.1. [appellant] is op 2 maart 1998 als automatiseringsdeskundige in dienst getreden van Cargo Consultants Nederland B.V. (hierna: CCN), een detacheringsbureau op het gebied van informatietechnologie. In de loop van 2000 verkeerde CNN in financiële problemen. [appellant] ontving vanaf mei 2000 zijn salaris niet meer. Op 15 augustus 2000 is [appellant] op staande voet ontslagen. Zijn vervolgens bij de kantonrechter te Eindhoven ingestelde loonvordering is bij vonnis van 18 september 2000 toegewezen.
Op 20 september 2000 is CNN op eigen verzoek failliet verklaard.
4.1.2. In de periode juni, juli en augustus 2000 is met instemming en medewerking van [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts], voormalig directeur van CCN en vanaf 1 september 2001 enig statutair directeur van IT Experts, twee/derde van de werknemers van CCN (omstreeks 16 van de 24) in dienst getreden van de - op 1 juni 2000 gevestigde en op 15 juli 2000 in het Handelsregister ingeschreven - eenmanszaak van [eigenaar eenmanszaak] - h.o.d.n. IT Experts (B.V. i.o.). [eigenaar eenmanszaak] was van 1 mei 1999 tot 1 juni 2000 werkzaam bij CCN.
Voorts zijn met instemming en medewerking van [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] vanaf 1 juni 2000 ook klanten overgegaan naar de eenmanszaak [eigenaar eenmanszaak], h.o.d.n. IT Experts B.V. i.o., zoals NMB Amstelland/NBM Rail, TPG/TNT, Océ, Computer 2000 en Turnkeek. Deze bedrijven zijn de opdrachtgevers waar de overgaande werknemers van CCN waren gedetacheerd.
4.1.3. Dat een en ander in samenwerking met [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] en [eigenaar eenmanszaak] is gegaan blijkt uit de volgende brieven. Bij brief van 30 mei 2000 schrijft [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] aan mevr. [medewerkster TNT] van TNT Postgroep:
"In aanvulling op telefonisch onderhoud en e-mail wil ik bevestigen dat [werknemer 1] per 1 juni in dienst is getreden bij een nieuwe werkgever, waar hij betere voorwaarden heeft. In verband met WAADI (Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs) willen wij niet als doorlener functioneren en hebben de nieuwe werkgever verzocht direct aan TPG uit te lenen onder dezelfde voorwaarden.
Wij bedanken u voor de prettige samenwerking en voor TPG is de continuïteit en de kwaliteit verzekerd.
Op korte termijn wordt met u contact opgenomen.
(...)"
Bij brief van 2 juni 2000 schrijft [eigenaar eenmanszaak] aan mevr. [medewerkster TNT] van TNT Postgroep:
"Inmiddels is [werknemer 1] bij ons in dienst getreden per 1 juni 2000. Door vakantie en onderbezetting is een en ander trager gegaan dan de bedoeling was.
Gezien de inzet van meneer [werknemer 1], gaan wij ervan uit dat wij onder dezelfde voorwaarden aan TPG kunnen uitlenen. De overeenkomsten doen wij u op korte termijn toekomen. Na de vakantie periode kom ik IT Experts graag persoonlijk bij u voorstellen.
(...)"
Bij brief van 14 juni 2000 schrijft [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] aan de heer [medewerker NMB] van NMB Amstelland te Culemborg:
Net als bij NMB zijn we aan de weg aan het timmeren. In aanvulling op telefonisch onderhoud en e-mail wil ik bevestigen dat de bij NBM ingezette mensen uit dienst zijn bij Cargo. Het betreft [werknemer 2] per 12 juni 2000, [werknemer 3] per 26 juni, [werknemer 4] per
1 juli, [werknemer 5] per 26 juni, [werknemer 6] per 26 juni. Ze kunnen zich verbeteren.
Gezien de complexiteit van inlenen bij de nieuwe werkgever en dan doorlenen aan NBM hebben wij voorgesteld dat NMB direct van de nieuwe werkgever inleent, onder dezelfde voorwaarden. Dit nieuwe bureau is afgestemd op MCSE kwaliteit en beschikt ook over ontwikkel capaciteit. Voor NBM is de continuïteit en de kwaliteit verzekerd.
Cargo gaat zich meer richten op opleidingen
(...)
Bij brief van 14 juni 2000 schrijft [eigenaar eenmanszaak] aan de heer [medewerker NMB] van NMB Amstelland:
"Inmiddels zijn/gaan: [werknemer 2], [werknemer 3], [werknemer 4], [werknemer 5] en [werknemer 6] bij ons in dienst treden. Door vakantie en onderbezetting is een en ander trager gegaan dan de bedoeling was.
Gezien de inzet van de gedetacheerden, gaan wij ervan uit dat wij onder dezelfde voorwaarden aan NBM kunnen uitlenen. De overeenkomsten doen wij u op korte termijn toekomen. Na de vakantie periode kom ik IT Experts graag persoonlijk bij u voorstellen.
4.1.4. De op 1 juni 2000 opgerichte eenmanszaak van [eigenaar eenmanszaak] is ingebracht in de op 22 september 2000 opgerichte besloten vennootschap IT Experts B.V.. Op
25 september 2000 is IT Experts als vennootschap ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Bekrachtiging van de namens [eigenaar eenmanszaak], h.o.d.n. IT Experts B.V. i.o. verrichte rechtshandelingen in de zin van art. 2:203 lid 1 BW heeft plaats gevonden op 11 oktober 2000.
4.1.5. De curator in het faillissement van CCN heeft de arbeidsovereenkomsten van de resterende werknemers van CCN, waaronder die van [appellant], beëindigd. [appellant] heeft bij brief van 31 oktober 2000 gericht aan IT Experts de arbeidsovereenkomst per 1 december 2000 opgezegd voor het geval vast komt te staan dat sprake is van overgang van onderneming.
4.2. [appellant] heeft [eigenaar eenmanszaak] gedagvaard voor de kantonrechter te Bergen op Zoom, die de vordering bij vonnis van 12 september 2001 heeft afgewezen, waarna in hoger beroep de rechtbank Breda bij vonnis van 2 april 2003 de vordering voor een groot deel heeft toegewezen. [appellant] heeft op 2 oktober 2001 IT Experts gedagvaard voor de kantonrechter te Eindhoven en een vordering ingesteld terzake loon, onkostenvergoeding, daggeld, vakantiegeld en vakantiedagen, vermeerderd met de wettelijke verhoging, rente en kosten.
IT Experts heeft verweer gevoerd en daarbij dezelfde processtukken als in de procedure gevoerd tussen [appellant] en [eigenaar eenmanszaak], h.o.d.n. IT Experts B.V. overgelegd.
De kantonrechter heeft bij vonnis waarvan beroep in conventie de vordering van [appellant] afgewezen en in reconventie het ten laste van IT Experts gelegde beslag opgeheven met veroordeling van [appellant] tot het betalen van de wettelijke rente over het bedrag waarvoor het beslag is gelegd en zich onbevoegd verklaard kennis te nemen van de overige geldvorderingen van IT Experts daar deze de competentiegrens van de kantonrechter overschreden en de zaak voor wat betreft dat onderdeel verwezen naar de rechtbank 's-Hertogenbosch, sector civiel.
4.3. Tegen deze beslissing is [appellant] met vier grieven opgekomen. De eerste drie grieven betreffen het oordeel van de kantonrechter, in conventie gegeven, dat geen sprake is van overgang van onderneming en dat "sluitend bewijs" voor de gestelde ondernemingsovergang niet voorhanden is. De vierde grief betreft de reconventie voor zover [appellant] daarin is veroordeeld tot betaling van de wettelijke rente over het ten laste van IT Experts gelegde derdenbeslag.
4.4. De eerste drie grieven, die tot doel hebben het geschil in volle omvang aan het hof voor te leggen, lenen zich voor gezamenlijke bespreking. Voorop staat de vraag of sprake is van overgang van onderneming. [appellant] stelt zich op het standpunt dat zulks inderdaad het geval is en dat de kantonrechter een onjuiste uitleg heeft gegeven aan het begrip "overeenkomst" als bedoeld in artikel 7:662 lid 2 BW en op basis van die onjuiste uitleg ten onrechte heeft geoordeeld dat geen sprake is van overgang van onderneming.
4.5. Het hof stelt voorop dat van overgang van een onderneming sprake kan zijn zonder dat tussen de oude en de nieuwe ondernemer een "overeenkomst tot overdracht" is gesloten. Voorts is niet vereist een op de overdracht gerichte wilsovereenstemming en evenmin een rechtstreekse contractuele band tussen vervreemder en verkrijger; de overgang kan via een derde geschieden. Voldoende is dat sprake is van overgang in het kader van enige contractuele betrekking waardoor een wijziging optreedt in de natuurlijke of rechtspersoon die verantwoordelijk is voor de exploitatie van de onderneming en die als werkgever verplichtingen aangaat jegens werknemers van de onderneming, waarbij niet relevant is dat de eigendom van de onderneming is overgedragen. Vereist is dat de overgang betrekking heeft op een duurzaam georganiseerde economi-sche eenheid waarvan de activiteit niet is beperkt tot één bepaald werk. Het begrip eenheid verwijst naar een georganiseerd geheel van personen en bedrijfsmiddelen, waarmee de economische activiteit met een eigen doelstelling kan worden uitgeoefend. In sommige ondernemingssectoren bestaat een minimum aan materiële bedrijfsmiddelen en zijn de arbeidskrachten het belangrijkst. Om vast te stellen of aan de voorwaarden van overgang van een onderneming is voldaan moet rekening worden gehouden met alle feitelijke omstandigheden die de transactie kenmerken, zoals de aard van de betrokken onderneming, of materiële activa zijn overgedragen, de waarde van de immateriële activa op het tijdstip van de overdracht, of vrijwel al het personeel door de nieuwe ondernemer is overgenomen, of de klantenkring is overgenomen, de mate waarin de voor en na de overdracht verrichte activiteiten met elkaar overeenkomen en de duur van de eventuele onderbreking van die activiteiten. Van belang is dat de identiteit van de onderneming bewaard is gebleven.
4.6. [appellant] stelt zich op het standpunt dat sprake is van dubbele overgang van onderneming, te weten van CCN naar [eigenaar eenmanszaak] handelend onder de naam IT Experts B.V. i.o. en vervolgens van [eigenaar eenmanszaak] naar de IT Experts. Het hof oordeelt op grond van de hierna te vermelden feiten en omstandigheden dat in deze inderdaad sprake is van een dubbele overgang van onderneming althans dat deze overgang in twee fases heeft plaatsgevonden, te weten van CCN naar [eigenaar eenmanszaak], h.o.d.n. IT Experts B.V. i.o. en vervolgens, na de inbreng van de eenmanszaak in de opgerichte besloten vennootschap IT Experts B.V., naar IT Experts. De bekrachtiging door IT Experts van de rechtshandelingen in het kader van de eenmanszaak verricht ten behoeve van de op te richten vennootschap impliceert aanvaarding van de inbreng van de eenmanszaak in de vennootschap en heeft tot rechtsgevolg dat de onderneming overgaat naar de verkrijger, IT Experts. Of IT Experts als verkrijger aansprakelijk is voor de achterstallige loonverplichtingen van vóór het tijdstip van overgang van onderneming wordt bepaald door het antwoord op de vraag of sprake is van overgang van onderneming in de zin van art. 7:662 lid 2 sub a BW.
4.7. Het hof leidt uit de volgende feiten en omstandigheden af dat tussen CCN en IT Experts (met als tussenfase de eenmanszaak [eigenaar eenmanszaak], h.o.d.n. IT Experts B.V. i.o.) sprake is van overgang van onderneming in de zin van art. 7:662 lid 2 sub a BW. De heer [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts], voormalig directeur van CCN heeft bij brief van 12 januari 2000 ermee ingestemd dat [eigenaar eenmanszaak] tijdens diens dienstverband bij CCN een eigen bedrijf zou opstarten. [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] heeft [eigenaar eenmanszaak] daartoe per 1 januari 2000 ontheven van zijn concurrentiebeding. Met medeweten en medewerking van [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] heeft [eigenaar eenmanszaak] vervolgens zijn collega's bij CCN benaderd en gevraagd over te stappen naar zijn nieuwe bedrijf. Uit de verklaringen van werknemers [werknemer 1] en Adam - inhoudelijk niet weersproken - blijkt dat [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] daarbij een actieve rol heeft gespeeld en zelf heeft aangedrongen op overgang van zijn personeel naar het bedrijf van [eigenaar eenmanszaak]. [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] heeft zijn werknemers daarbij ontheven van het in hun arbeidsovereenkomsten opgenomen concurrentiebeding. De op 1 juni 2000 gedateerde arbeidsovereenkomst met ex-CCN werknemer [werknemer 1] is ondertekend door [eigenaar eenmanszaak] namens IT Experts B.V.. Die arbeidsovereenkomst is vrijwel identiek aan de op 20 augustus 1998 gedateerde arbeidsovereenkomst tussen CCN en [werknemer 1]. Voorts heeft [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] zijn medewerking verleend aan de overgang van het hiervoor onder 4.1.2. genoemde klantenbestand van CCN naar het bedrijf van [eigenaar eenmanszaak]. [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] en [eigenaar eenmanszaak] hebben daarbij, zoals uit de hiervoor onder 4.1.3. aangehaalde correspondentie blijkt, nauw samengewerkt en waren het kennelijk eens over de overgang van het bedrijf van CCN naar het bedrijf van [eigenaar eenmanszaak], aanvankelijk in de vorm van een eenmanszaak en vervolgens, na inbreng van de eenmanszaak van [eigenaar eenmanszaak] in de vennootschap IT Experts, in de vorm van een besloten vennootschap. [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] is betrokken gebleven bij IT Experts blijkens het e-mail bericht van 7 oktober 2000 van [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] als manager detacheringen van CCN (toen failliet) aan de door de [eigenaar eenmanszaak] overgenomen opdrachtgever TNT Postgroep. Het e-mail bericht betreft het plaatsen van werknemer [werknemer 1] naar een andere unit. IT Experts B.V. i.o. is tijdelijk gehuisvest geweest in een bedrijfsgebouw waarin ook [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] met enige bedrijven was gevestigd. In de huidige vestiging IT Experts is ook [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] met enige bedrijven gevestigd. Niet bestreden is dat [voormalig directeur CNN, statutair directeur IT Experts] per 1 september 2001 is ingeschreven als zelfstandig bevoegde directeur van IT Experts, naast [eigenaar eenmanszaak].
De identiteit van CCN als detacheringsbedrijf werd voornamelijk gevormd door een aantal uit te zenden werknemers en een aantal opdrachtgevers. Zoals hiervoor onder 4.1.2. overwogen is twee/derde van de werknemers, derhalve een substantieel aantal, overgegaan naar [eigenaar eenmanszaak] respectievelijk IT Experts. Het feit dat na enkele maanden slechts een beperkt aantal ex CCN werknemers nog bij IT Experts werkzaam waren doet aan het voorgaande niet af. Dat IT Experts feitelijk ook andere werkzaamheden heeft verricht zoals het ontwikkelen van websites doet evenmin af aan het voorgaande daar IT Experts, zoals zij erkent (dupliek nr 78) haar winst voornamelijk genereert met detachering van werknemers.
De hiervoor onder 4.1.2. genoemde opdrachtgevers zijn eveneens mee overgegaan. Het inlenen van de ex CCN werknemers geschiedde onder dezelfde voorwaarden.
Dat IT Experts eind november 2000 naast de ex CCN opdrachtgevers door eigen acquisitie zaken deed met 13 andere opdrachtgevers doet aan het voorgaande niet af.
De identiteit van het bedrijf van CCN, een detacheringsbedrijf op het gebied van informatietechnologie, is in de kern behouden gebleven. Immers, de voor en na de overgang verrichte activiteiten zijn hoofdzakelijk dezelfde gebleven. De stelling van IT Experts dat zij een eigen wijze van bedrijfsvoering en andere taakverdeling had kan het hof niet overtuigen.
Tot slot is niet gesteld of gebleken dat de detacheringsactiviteiten ten tijde van de overgang(en) (langdurig) onderbroken zijn geweest.
Uit het voorgaande volgt dat sprake is van overgang van de onderneming van CCN naar (uiteindelijk) IT Experts in het kader van contractuele betrekkingen tussen CCN en achtereenvolgens [eigenaar eenmanszaak] en IT Experts, waardoor een wijziging is opgetreden in de rechtspersoon die verantwoordelijk is voor de exploitatie van het detacheringsbedrijf, waarbij de verkrijgende rechtspersoon (IT Experts) verplichtingen is aangegaan jegens een substantieel aantal werknemers van CCN.
4.8. Als gevolg van de (dubbele) overgang van onderneming zijn ingevolge art. 7:663 BW de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de tussen CCN en [appellant] gesloten arbeidsovereenkomst van rechtswege overgegaan op achtereenvolgens [eigenaar eenmanszaak] en IT Experts. IT Experts is derhalve aansprakelijk voor de achterstallige loonbetalingsverplichtingen van CCN jegens [appellant] ontstaan vóór het tijdstip van de ondernemingsovergang alsmede voor de tot einde dienstverband uit de arbeidsovereenkomst voortvloeiende loonbetalingsverplichtingen. De eerste drie grieven slagen derhalve.
4.9. De vierde grief richt zich tegen de veroordeling van [appellant] tot betaling van de wettelijke rente over het bedrag waarvoor ten laste van IT Experts derdenbeslag is gelegd en tegen de compensatie van proceskosten.
4.10. De grief slaagt. Uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt dat [appellant] op goede grond aanspraak maakt op nakoming van loontermijnen. Het derdenbeslag is dan ook terecht gelegd, zodat [appellant] geen wettelijke rente is verschuldigd over het bedrag waarvoor derdenbeslag is gelegd. Ten aanzien van de proceskostenveroordeling verwijst het hof naar rechtsoverweging 4.17.
4.11. De verweren die IT Experts in eerste aanleg heeft gevoerd zijn door het hof betrokken in rechtsoverweging 4.6. en 4.7. en komen voorts aan de orde bij de hierna onder 4.12. te behandelen deelvorderingen van [appellant].
4.12. [appellant] heeft gevorderd in guldens:
a) niet ontvangen afrekening over maart 1998 719,26 netto
b) te weinig betaald prestatieloon over mei 1998 680,00 bruto
c) netto daggeld 200,00 netto
d) niet ontvangen afrekening over augustus 1998 713,54 netto
e) daggeld over november 1999 37,50 netto
f) niet uitbetaald salaris en vakantiegeld mei 2000 7.860,00 bruto
g) netto bijz. bel. (mei 2000) 1.987,56 netto
h) basissalaris juni t/m december 2000 36.000,00 bruto
i) prestatie uurloon 2.343,75 bruto
j) daggeld mei t/m december 2000 412,50 netto
k) achterstallig vakantiegeld over 1998 en 1999 1.802,33 bruto
l) netto onkostenvergoeding van ƒ 270,-- per maand
vanaf oktober 1998 6.210,00 netto
m) 28 ten onrechte ingehouden vakantiedagen 5.600,00 bruto
n) salaris met emolumenten vanaf heden (= 2 oktober 2001) p.m.
4.13. Het hof oordeelt omtrent de hiervoor onder 4.12. vermelde posten als volgt:
IT Experts heeft met betrekking tot deze vorderingen gerefereerd aan het oordeel van de rechter zodat deze deelvorderingen zullen worden toegewezen.
Het hof wijst deze, door IT Experts bestreden, vordering als zijnde onvoldoende onderbouwd af.
Dit bedrag wordt niet toegewezen aangezien [appellant] niet heeft weersproken dat hij per saldo over de maand december 1999 een te hoog daggeld heeft ontvangen. Het te weinig ontvangen daggeld over november 1999 wordt dan ook geacht met het teveel ontvangene te zijn verrekend.
Uit de salarisspecificatie van mei 2000 blijkt dat [appellant] recht heeft op salaris en vakantiegeld ten bedrage van ƒ 5.022,89. Daarop strekt in mindering het betaalde voorschot van ƒ 2.000,00 zodat nog verschuldigd is een bedrag van ƒ 3.022,89 bruto. Het op de salarisspecificatie vermelde bedrag van ƒ 1.987,56 ("netto bijz.bel.") betreft de afgedragen bijzondere belasting over het vakantiegeld. IT Experts is niet gehouden laatstvermeld bedrag aan [appellant] te voldoen. Het bedrag van ƒ 3.022,89 (€ 1.371,73) is toewijsbaar.
Zoals hiervoor onder 4.8. overwogen is IT Experts gehouden zowel het achterstallige salaris als de loonbetalingsverplichting voortvloeiend uit de arbeidsovereenkomst aan [appellant] te voldoen. Dat [appellant] vanaf medio augustus 2000 geen werkzaamheden meer heeft verricht is het gevolg van het hem gegeven ontslag op staande voet welk ontslag rechtens niet in stand is gebleven, zodat de loondoorbetalingsverplichting tot einde dienstverband voortduurt. Voorts heeft [appellant] zich bereid verklaard zijn werkzaamheden te verrichten. Derhalve is het loon van juni tot en met november 2000 (einde arbeidsovereenkomst) verschuldigd. Het over juni 2000 betaalde voorschot van ƒ 2.000,-- strekt daarop in mindering.
Van het prestatie uurloon erkent [eigenaar eenmanszaak] een bruto bedrag van ƒ 1.348,75 als niet betaald. Aangezien [appellant] heeft aangetoond in de weken 23 en 24 te hebben gewerkt is een bruto bedrag van ƒ 1.680,00 toewijsbaar.
IT Experts heeft een netto bedrag van ƒ 400,-- erkend. Daar [appellant] over de periode van medio augustus tot einde november 2000 zijn werkzaamheden niet heeft verricht als gevolg van omstandigheden die aan CCN en IT Experts zijn toe te rekenen zal het hof ook het resterende daggeldbedrag van ƒ 12,50 toewijzen.
Nu het vakantiegeld over het bruto jaarsalaris berekend dient te worden in plaats van over het basissalaris is het bedrag van fl. 1.802,23 bruto toewijsbaar.
Deze door IT Experts weersproken vordering wordt afgewezen als zijnde onvoldoende onderbouwd.
Anders dan IT Experts stelt heeft [appellant] ook van medio augustus tot eind november 2000 vakantiedagen opgebouwd. Uit een opgave van CCN valt af te leiden dat [appellant] per 1 januari 2000 16,5 vakantiedagen tegoed had. In augustus 2000 had [appellant] 24 van de jaarlijkse 25 vakantiedagen opgenomen. Over de periode januari tot en met november 2000 had [appellant] recht op 23 vakantiedagen. Er is derhalve een dag teveel opgenomen. Totaal heeft [appellant] nog recht op 15,5 vakantiedagen.
Per dag heeft [appellant] recht op ƒ 183,91 vakantietegoed (ƒ 4.000,-- : 21.75). Hij heeft derhalve recht op een bedrag van ƒ 2.850,61 bruto.
Voor zover [appellant] met deze post beoogt salaris vanaf oktober 2000 te vorderen, is zulks reeds verdisconteerd onder h). Voor zover [appellant] met de woorden "vanaf heden" beoogt salaris te vorderen vanaf datum inleidende dagvaarding, 2 oktober 2001, wordt zulks afgewezen daar IT Experts vanaf 1 december 2000 geen salaris meer is verschuldigd.
4.14. Uit het vorenstaande volgt dat € 14.537,18 bruto en € 928,17 netto zal worden toegewezen, althans - gelet op het vonnis van de rechtbank Breda van 2 april 2003 - voor zover niet reeds voldaan door [eigenaar eenmanszaak] in privé.
De wettelijke verhoging wegens vertraagde loonbetaling wordt vastgesteld op 10% van de bruto bedragen of naar bruto omgerekende bedragen. De wettelijke rente over de loontermijnen is eveneens toewijsbaar vanaf de dag dat aan de betalingsverplichting had moeten worden voldaan tot aan de dag van voldoening.
4.15. Het hof ziet onvoldoende grond tegemoet te komen aan het verzoek van IT Experts tot matiging van de loonvordering.
4.16. De buitengerechtelijke incassokosten, die naar het oordeel van het hof in de gegeven omstandigheden door [appellant] in redelijkheid zijn gemaakt, zijn toewijsbaar naar het tarief dat is afgestemd op kantonzaken en is afgestemd op het toewijsbare deel van de hoofdsom.
4.17. Uit het voorgaande volgt dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd. In conventie zullen de vorderingen van [appellant] worden toegewezen als hieronder te vermelden. De vordering in reconventie dient te worden afgewezen voor zover het de betaling van wettelijke rente over het gelegde derdenbeslag betreft. Voor het overige blijft de beslissing in reconventie in stand. IT Experts zal als de in het ongelijk gestelde partij worden verwezen in de kosten van de procedures in eerste aanleg en het hoger beroep, waaronder de kosten van het gelegde beslag. De in eerste aanleg verzochte uitvoerbaarheid bij voorraad van de veroordeling zal worden toegewezen.
vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover in conventie gewezen en
vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover in reconventie gewezen uitsluitend ten aanzien van de veroordeling tot betaling van wettelijke rente over het bedrag waarover ten laste van IT Experts derdenbeslag is gelegd,
en in zoverre opnieuw rechtdoende:
veroordeelt IT Experts tot betaling aan [appellant], voor zover niet reeds voldaan door [eigenaar eenmanszaak] in privé, van € 14.537,18 bruto en € 928,17 netto, vermeerderd met de wettelijke verhoging van 10% en de wettelijke rente met ingang van de dag dat de loontermijnen waren verschuldigd tot de dag van voldoening;
veroordeelt IT Experts tot betaling aan [appellant] van een bedrag van € 780,50 wegens buitengerechtelijke incassokosten;
veroordeelt IT Experts in de kosten van de procedure in eerste aanleg voor zover in conventie gewezen en het hoger beroep aan de zijde van [appellant] gevallen en door het hof vastgesteld op € 709,04 wegens verschotten (waaronder € 557,04 voor beslagexploten) en op € 636,-- wegens salaris gemachtigde in eerste aanleg en op € 273,20 wegens verschotten en € 894,-- wegens salaris procureur in het hoger beroep, beide laatstvermelde bedragen op de voet van art. 243 Rv te voldoen aan de griffier van dit hof;
verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad, behoudens de proceskostenveroordeling in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door mrs. Aarts, Waaijers en Spoor en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dit hof van 30 november 2004.