ECLI:NL:GHSHE:2005:AT2442
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- K. Katerberg
- J. Lamers
- M. van Soest-van Dijkhuizen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake herstelbeschikking art. 31 Rv niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 8 maart 2005 uitspraak gedaan in hoger beroep over een herstelbeschikking van de rechtbank Breda, gedateerd 23 november 2004. Het hoger beroep werd ingesteld door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en het College van Zorgverzekeringen (CZ), hierna aangeduid als UWV c.s. De rechtbank had eerder op 9 november 2004 [A.] in staat van faillissement verklaard, waarna [A.] in verzet was gekomen. De rechtbank had het verzet op 16 november 2004 gegrond verklaard en de kosten van de curator vastgesteld. UWV c.s. was van mening dat zij ten onrechte niet was gehoord bij de herstelbeschikking en dat de kosten te hoog waren vastgesteld. Het hof oordeelde echter dat UWV c.s. niet tijdig in hoger beroep was gekomen, aangezien de herstelbeschikking op 26 november 2004 was ontvangen, maar het beroepschrift pas op 23 december 2004 was ingediend. Het hof benadrukte dat de beroepstermijnen in faillissementsprocedures kort zijn en dat UWV c.s. zich sneller had moeten melden. Het hof verklaarde UWV c.s. niet ontvankelijk in het hoger beroep en compenseerde de proceskosten tussen partijen, waarbij iedere partij de eigen kosten droeg.