4.5.1. De eerste grief betreft de vraag aan welk pand de werkzaamheden zijn verricht.
Bij inleidende dagvaarding heeft Rooftop gesteld dat het gaat om werkzaamheden aan [adres 1]. Zulks staat, onbetwist (vgl. het eerste "aangezien" van de inleidende dagvaarding), ook vermeld op de factuur d.d. 29 maart 2000 en op de offerte van 28 april 1999.
Er is evenwel discussie ontstaan over het juiste huisnummer aangezien op het inspectierapport (prod. 1 bij conclusie van antwoord in oppositie) door iemand van het kantoor van Rooftop is ingevuld als "adres project": [adres 5].
4.5.2. Bij tussenvonnis van 12 maart 2003 heeft de kantonrechter, gelet op de discrepantie tussen het inspectierapport (adres 5) enerzijds en de offerte en de factuur (adres 1) anderzijds, aan Rooftop mede te bewijzen opgedragen welk pand [medewerker van rooftop] op 13 januari 1999 heeft geïnspecteerd en aan welk van deze twee panden Rooftop het in rekening gebrachte werk heeft uitgevoerd.
Vervolgens heeft [medewerker van rooftop] als getuige op 1 juli 2003 verklaard dat het pand dat hij heeft geïnspecteerd, [adres 1] is en dat hij dat weet omdat hij onlangs is gaan kijken wat het huisnummer van de betreffende woning was. Hij heeft toen foto's gemaakt, die aan het proces-verbaal van het getuigenverhoor zijn gehecht. [voormalig voorman rooftop] heeft op 1 juli 2003 als getuige verklaard dat hij een maand of twee daarvoor met [medewerker van rooftop] naar de [adres] is gegaan om foto's te maken van het pand waaraan hij in 1999 dakdekkingswerkzaamheden heeft verricht en om naar het huisnummer van het pand te kijken: dat was [adres 1].
Daarop heeft de kantonrechter in het eindvonnis bewezen geacht dat Rooftop op 13 januari 1999 het pand [adres 1]heeft geïnspecteerd en dat het in rekening gebrachte werk aan hetzelfde pand is uitgevoerd.
4.5.3. Daarna heeft [appellant] (voor het eerst) bij memorie van grieven gesteld, dat hij het pand [adres 1] na aankoop heeft gesloopt en later nieuwbouw heeft gerealiseerd - hetgeen [appellant] aanbiedt te bewijzen -, zodat naar hij stelt [medewerker van rooftop] en [voormalig voorman rooftop] het pand niet hebben kunnen herkennen toen zij kort voor het getuigenverhoor van 1 juli 2003 daar zijn gaan kijken.
Het hof is evenwel van oordeel dat het aangeboden bewijs niet terzake dienend is en mitsdien moet worden gepasseerd.
De bewijsopdracht was er immers op gericht duidelijk te krijgen, welk huisnummer het pand had - [adres 5 of adres 1] - dat destijds door Rooftop is geïnspecteerd en waaraan zij heeft gewerkt. Niet van belang was, of het pand dat thans [adres 1] draagt, door de getuigen werd herkend als identiek aan het pand waaraan is gewerkt; daarnaar zijn de getuigen kennelijk ook niet gevraagd. Een verbouwing of zelfs sloop en nieuwbouw van het pand waaraan Rooftop destijds heeft gewerkt, ontslaat [appellant] uiteraard niet van de verplichting die werkzaamheden te betalen. Dat ter plaatse van het oorspronkelijke pand [adres 1] thans nieuwbouw zou zijn gerealiseerd, zoals [appellant] overigens zonder enige nadere toelichting stelt, maar Rooftop betwist, laat de mogelijkheid open dat het pand desondanks nog herkenbaar is als het oude pand [adres 1] - [appellant] was immers ook destijds al met een renovatieplan bezig - en in elk geval is daarmee de plaats waar [adres 1] zich bevindt, niet veranderd.
Het hof acht de betrouwbaarheid van de getuigen [medewerker van rooftop] en [voormalig voorman rooftop] op het punt van hun verklaring dat het huisnummer van het pand waar zij destijds hebben geïnspecteerd en gewerkt, [adres 1] (en dus niet [adres 5]) was, mitsdien niet aangetast door de stelling van [appellant] dat hij dat pand heeft gesloopt en daar nieuwbouw heeft gerealiseerd.
4.5.4. Het hof is voorts van oordeel dat het bewijs van het juiste huisnummer bovendien reeds kan worden afgeleid uit de verklaring van [appellant] ter comparitie op 8 augustus 2002, dat [vrouw], die zijn partner is geweest, op [adres 1] heeft gewoond, in combinatie met de verklaring van de toen als getuige gehoorde [voormalig voorman rooftop], dat in het huis waar hij dakwerkzaamheden verrichtte iemand aanwezig was die zei dat ze de vriendin van [appellant] was, en dat [appellant] daar nog niet woonachtig was maar bij haar zou intrekken. Ook daaruit, gevoegd bij de vermelding op de offerte en de factuur, volgt reeds dat het huisnummer waaraan Rooftop werkzaamheden heeft verricht, [adres 1] was.