ECLI:NL:GHSHE:2005:AT9920
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- A. van Etten
- J. Drijkoningen
- M. den Hartog Jager
- Rechtspraak.nl
Erfrechtelijke geschil over legaat en natuurlijke verbintenis na overlijden erflater
In deze zaak gaat het om een geschil tussen [appellant] en [geïntimeerde] c.s. over de verdeling van de nalatenschap van erflater, die op 30 september 1997 is overleden. [appellant] heeft vanaf medio 1995 samengewoond met erflater en stelt dat zij recht heeft op een legaat dat haar het zakelijk recht van gebruik en bewoning van de woning toekent. Dit legaat is opgenomen in het testament van erflater, waarin zijn twee zoons als enige erfgenamen zijn aangewezen, onder de last van het legaat aan [appellant]. Na het overlijden van erflater is de hypotheek op de woning niet meer betaald, wat heeft geleid tot executoriale verkoop door Hooge Huys Hypotheken NV. [appellant] vordert dat [geïntimeerde] c.s. de waarde van het aan haar gelegateerde recht vergoeden, welke zij heeft berekend op E. 282.450,95.
De rechtbank heeft de vordering van [appellant] afgewezen, onder meer omdat [geïntimeerde] c.s. als erfgenamen voorrang hebben op de legataris. Het hof bevestigt deze beslissing en oordeelt dat het legaat niet kan worden aangemerkt als voldoening aan een natuurlijke verbintenis. Het hof overweegt dat er geen dringende morele verplichting van erflater jegens [appellant] is aangetoond, en dat de omstandigheden van het geval niet wijzen op een dergelijke verplichting. De grieven van [appellant] worden verworpen, en het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank.
De uitspraak van het hof is gedaan op 31 mei 2005, waarbij [appellant] in de kosten van het hoger beroep wordt veroordeeld.