ECLI:NL:GHSHE:2005:AT9938
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- A. van Etten
- J. Drijkoningen
- M. den Hartog Jager
- Rechtspraak.nl
Huurprijs vaststelling winkel-/bedrijfsruimte en vergelijkingspanden
In deze zaak gaat het om de vaststelling van de huurprijs van een winkel-/bedrijfsruimte, gelegen aan [adres], met ingang van 1 januari 2002. De verhuurders, appellanten in hoger beroep, hebben grieven ingediend tegen het vonnis van de kantonrechter, waarin de kantonrechter oordeelde dat drie door hen aangedragen vergelijkingspanden niet in de beoordeling zijn meegenomen. De deskundigen, de BHAC, hebben op 22 mei 2003 een rapport uitgebracht waarin zij vijf vergelijkingspanden hebben geselecteerd voor de huurprijsbepaling. Het hof oordeelt dat het aan de deskundigen is om te bepalen welke panden geschikt zijn voor vergelijking en dat het hof in dit geval voldoende is voorgelicht door het rapport van de BHAC. Het hof wijst het verzoek van de verhuurders af om de voorgestelde vergelijkingspanden alsnog in beschouwing te nemen, omdat de vergelijkbaarheid van de geselecteerde panden niet wordt betwist.
Daarnaast is er een geschil over de indeling van de winkelruimte. Huurster heeft een gedeelte van de winkel als werkplaats ingericht, wat door de verhuurders als onterecht wordt bestempeld. Het hof oordeelt dat het huurcontract geen specifieke eisen stelt aan de inrichting van het gehuurde, en dat het aan huurster is om te bepalen hoe zij de ruimte indeelt, zolang dit redelijk is. Het hof concludeert dat de afscherming van een klein gedeelte van de ruimte niet onredelijk is en dat de grieven van de verhuurders falen.
Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en verwijst de verhuurders in de kosten van het hoger beroep, die zijn begroot op € 241,- voor vast recht en € 894,- voor salaris van de procureur.