ECLI:NL:GHSHE:2005:AU4059
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Bod
- De Groot-Van Dijken
- De Klerk-Leenen
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van vervoerder bij diefstal van mobiele telefoons tijdens CMR-vervoer
In deze zaak, gewezen door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 12 juli 2005, betreft het hoger beroep van de besloten vennootschap WM Euro-Transport Logistic B.V. tegen Wesco Trans. De zaak draait om de aansprakelijkheid van Wesco voor de diefstal van 590 mobiele telefoons tijdens het vervoer onder een CMR-vrachtbrief. De diefstal vond plaats op 23 november 2000, toen de chauffeur van Wesco de vrachtwagen op een parkeerplaats langs de snelweg parkeerde en in de cabine ging slapen. De vrachtbrief bevatte instructies van de afzender om de vrachtwagen niet onbeheerd achter te laten, wat Wesco in haar verweer aanvoert als een argument voor overmacht.
WM Euro stelt dat Wesco aansprakelijk is voor de schade omdat zij in strijd heeft gehandeld met de instructies op de vrachtbrief. Het hof oordeelt dat Wesco niet verder aansprakelijk is dan het bedrag van de beperking zoals bedoeld in artikel 23, lid 3 van de CMR. Het hof wijst erop dat de aansprakelijkheid van de vervoerder beperkt is, en dat Wesco niet als de eerste of laatste vervoerder kan worden aangemerkt. De rechtbank had eerder de vorderingen van Wesco afgewezen, en het hof bevestigt deze beslissing. WM Euro wordt in de kosten van het hoger beroep veroordeeld, terwijl Wesco in de kosten van het incidenteel appel wordt veroordeeld. De uitspraak benadrukt de belangrijke rol van de CMR-regelgeving in internationale transportzaken en de verantwoordelijkheden van vervoerders.