ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ3938
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- A. Aarts
- W. Waaijers
- S. Slootweg
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet en loonvordering in het civiele recht
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch werd behandeld, ging het om een hoger beroep van [X.] tegen [Y.] met betrekking tot een ontslag op staande voet en een loonvordering. Het hof had eerder in een tussenarrest van 18 april 2006 [Y.] toegelaten te bewijzen dat zij [X.] op 21 maart 2003 op staande voet had ontslagen wegens werkverzuim. [Y.] heeft echter afgezien van bewijslevering, waardoor de juistheid van haar stelling niet is komen vast te staan. Het hof concludeert dat het ontslag niet is verleend op basis van een dringende reden zoals bedoeld in artikel 7:677 lid 1 BW, en dat het beroep van [X.] op de vernietigbaarheid van het ontslag slaagt.
Het hof beoordeelt vervolgens het beroep van [Y.] op loonmatiging. [Y.] stelde dat toewijzing van de loonvordering onaanvaardbare gevolgen voor haar zou hebben, maar het hof oordeelt dat het feit dat [X.] geen wedertewerkstelling heeft gevorderd of een voorlopige voorziening heeft gevraagd, onvoldoende is om deze conclusie te dragen. De loonvordering van [X.] wordt toegewezen, evenals de vordering tot afgifte van salarisstrookjes. Het hof vernietigt het eerdere vonnis van de rechtbank voor zover de vorderingen van [X.] waren afgewezen en veroordeelt [Y.] tot betaling van de verschuldigde bedragen, inclusief vakantiebijslag en wettelijke rente.
De uitspraak van het hof is uitvoerbaar bij voorraad, en [Y.] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van de procedure. Dit arrest is gewezen op 17 oktober 2006 door de rechters Aarts, Waaijers en Slootweg.