ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ8669
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. van Etten
- W.H.B. den Hartog Jager
- A. van den Bergh
- Rechtspraak.nl
Benoeming deskundige in hoger beroep inzake aandelenwaarde
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, betreft het een hoger beroep dat voortvloeit uit eerdere tussenarresten van 1 juni 2004 en 28 december 2004. De zaak is gestart naar aanleiding van een vonnis van de rechtbank te 's-Hertogenbosch van 22 juni 2001, waarin de vrouw als gedaagde en de man als eiser zijn betrokken. Het hof heeft in het tussenarrest van 28 december 2004 bepaald dat er deskundigenonderzoeken moeten plaatsvinden, waarbij verdere beslissingen zijn aangehouden. De benoemde makelaar heeft zijn rapport uitgebracht, waarna beide partijen hun akten hebben ingediend en de gedingstukken aan het hof hebben overgelegd.
In de uitspraak van 19 december 2006 heeft het hof mr. W.H.B. den Hartog Jager benoemd tot raadsheer-commissaris, tot wie partijen en de deskundige zich kunnen wenden. Het hof heeft de deskundige verzocht om een schriftelijk en gemotiveerd rapport in te leveren bij de griffie, met een duidelijke conclusie. Tevens is er een termijn van drie maanden vastgesteld voor het indienen van dit rapport, te rekenen vanaf het moment dat de griffier bericht dat het onderzoek kan beginnen.
Het hof heeft ook het voorschot op de kosten van de deskundige, mr. drs. P.A. van Steensel, vastgesteld op € 2.927,40, met de mogelijkheid voor partijen om bezwaar te maken binnen veertien dagen na de uitspraak. De man heeft aangegeven dat hij dit voorschot al heeft overgemaakt. Het hof heeft verder bepaald dat de deskundige partijen in de gelegenheid moet stellen om opmerkingen te maken over het concept-rapport en dat deze opmerkingen in het uiteindelijke rapport moeten worden vermeld. De zaak is vervolgens verwezen naar de rolzitting van 29 mei 2007 voor memorie na deskundigenonderzoek aan de zijde van de vrouw, waarbij iedere verdere beslissing is aangehouden.