ECLI:NL:GHSHE:2006:BA0798
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Kranenburg
- Schaafsma-Beversluis
- Stollenwerck
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens overschrijding appeltermijn
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 6 december 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellant, aangeduid als 'de man', had hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank Maastricht van 4 februari 1999. De man verzocht om vernietiging van deze beschikking en om ontslag van verplichtingen van bijstandsverhaal wegens het ontbreken van financiële draagkracht. Het hof heeft vastgesteld dat het beroepschrift op 10 april 2006 ter griffie was ingekomen, terwijl de man stelde dat hij pas op 13 januari 2006 van de beschikking op de hoogte was geraakt. Het hof oordeelde dat, op basis van artikel VII, lid 2 van de Wet tot herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, de regels die golden voor de datum van inwerkingtreding van deze wet van toepassing waren. Dit betekende dat het hoger beroep binnen twee maanden na kennisgeving van de beschikking ingesteld had moeten worden, wat niet was gebeurd. De man was derhalve niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep. Het hof heeft ook opgemerkt dat de bepalingen voor het instellen van hoger beroep van openbare orde zijn en ambtshalve door het hof moeten worden getoetst. De advocaat van de man had in zijn correspondentie betoogd dat het hoger beroep tijdig was ingesteld, maar het hof verwierp deze argumenten. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier.