ECLI:NL:GHSHE:2007:BC0819

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
21 december 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
20-001648-07
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van het hoger beroep van de verdachte in de ontnemingsvordering

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 december 2007 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Breda, dat op 11 april 2007 was gewezen. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen de ontnemingsvordering, maar was in hoger beroep alleen gedagvaard voor de strafzaak met parketnummer 20-001648-07. Tijdens de terechtzitting in hoger beroep trok de verdachte zijn appel in, voordat het hof aan een onderzoek naar de feiten was toegekomen.

Het hof heeft vastgesteld dat het hoger beroep van de verdachte uitsluitend betrekking had op de ontnemingsvordering en niet op de strafzaak. De advocaat-generaal heeft bevestigd dat er nog geen oproep in hoger beroep was uitgegaan voor de ontnemingszaak. De intrekking van het hoger beroep, hoewel formeel te laat, werd door de advocaat-generaal geaccepteerd.

Het hof concludeert dat er geen belang is voor de verdachte of enig ander rechtens te beschermen belang bij een behandeling van het hoger beroep. Daarom heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep, maar uitsluitend voor zover dit gericht was tegen de beslissing in de strafzaak onder parketnummer 02-620159-07, waarbij hij was veroordeeld tot een werkstraf van 100 uren voor het opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet en diefstal van elektriciteit.

Uitspraak

Parketnummer : 20-001648-07
Uitspraak : 21 december 2007
TEGENSPRAAK
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Breda van 11 april 2007 in de strafzaak met parketnummer 02-620159-07 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op Zand op 4 december 1960,
wonende te [woonplaats], [adres].
Hoger beroep
De verdachte heeft tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Omvang van het hoger beroep
Het hoger beroep moet, blijkens het verhandelde ter terechtzitting in hoger beroep, worden begrepen als uitdrukkelijk te zijn beperkt tot de veroordeling ter zake van de aan verdachte onder parketnummer 02-620159-07 ten laste gelegde ontnemingsvordering.
Het hoger beroep heeft derhalve géén betrekking op de beslissing in de strafzaak onder hetzelfde parketnummer waarbij verdachte werd veroordeeld tot een werkstraf van 100 (honderd) uren ter zake van het opzettelijk handelen in strijd met artikel 3 onder B van de Opiumwet en diefstal van elektriciteit.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Het hof begrijpt, gelet op de inhoud van het aan het hof ter beschikking gestelde dossier en gelet op de ter terechtzitting door de advocaat-generaal gegeven toelichting, de dagvaarding in hoger beroep met parketnummer 20-001648-07 aldus dat deze louter betrekking heeft op de in de strafzaak in eerste aanleg gegeven beslissingen en dus niet op de in de ontnemingszaak gegeven beslissing. In het hoger beroep ingesteld tegen de beslissing in de ontnemingszaak is nog geen oproep in hoger beroep uitgegaan, is door de advocaat-generaal medegedeeld.
Het van de zijde van de verdachte ingestelde hoger beroep voorzover gericht tegen de veroordeling in de strafzaak waarbij hij werd veroordeeld tot een werkstraf van 100 (honderd) uren ter zake van het opzettelijk handelen in strijd met artikel 3 onder B van de Opiumwet en diefstal van elektriciteit, is ingetrokken nadat de terechtzitting in hoger beroep is aangevangen maar voordat het hof aan een onderzoek naar de feiten is toegekomen.
De advocaat-generaal heeft met deze intrekking, hoewel deze formeel te laat is, ingestemd.
Nu het belang van de verdachte noch enig ander rechtens te beschermen belang, gediend is met een behandeling van het hoger beroep, zal het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaren in het hoger beroep, voor zover dit gericht is tegen de beslissing in de strafzaak onder parketnummer 02-620159-07 waarbij hij werd veroordeeld ten aanzien van het opzettelijk handelen in strijd met artikel 3 onder B van de Opiumwet en ter zake van diefstal van elektriciteit tot een werkstraf van 100 (honderd) uren.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep, doch uitsluitend voor zover dit gericht is tegen de beslissing in de strafzaak onder parketnummer 02-620159-07 waarbij hij werd veroordeeld ten aanzien van het opzettelijk handelen in strijd met artikel 3 onder B van de Opiumwet en ter zake van diefstal van elektriciteit tot een werkstraf van 100 (honderd) uren.
Aldus gewezen door
mr. E.S.G.N.A.I. van de Griend, voorzitter,
mr. A. de Lange en mr. F.L. Muskens,
in tegenwoordigheid van mw. H. Van Zandbeek, griffier,
en op 21 december 2007 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. F.L. Muskens is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.