ECLI:NL:GHSHE:2008:BD3277
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- S. Smeenk-van der Weijden
- A. Everaars-Katerberg
- M. van Arkel-van Gasselt
- Rechtspraak.nl
Uithuisplaatsing van een minderjarig kind na overlijden van een ander kind
In deze zaak gaat het om de uithuisplaatsing van de dochter van appellanten, die in 2005 hun zoon verloren. De vader is in twee instanties vrijgesproken van doodslag. Het Gerechtshof 's-Hertogenbosch bekrachtigt de uithuisplaatsing van de nu 5 maanden oude dochter, in afwachting van een onderzoek naar de pedagogische vaardigheden van de ouders en de veiligheid van het kind in de thuissituatie. De mondelinge behandeling vond plaats op 20 maart 2008, waarbij de ouders, de Raad voor de Kinderbescherming en vertegenwoordigers van Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant aanwezig waren. De kinderrechter had eerder een machtiging tot uithuisplaatsing afgegeven, die door de ouders werd aangevochten. De ouders stellen dat de dood van hun zoon een ongeluk was en dat zij in staat zijn om voor hun dochter te zorgen. Ze hebben hun woonsituatie verbeterd en zijn bereid om hulp te ontvangen. De Raad voor de Kinderbescherming en de stichting zijn echter van mening dat er nog onvoldoende zicht is op de pedagogische vaardigheden van de ouders en dat de veiligheid van de dochter niet kan worden gegarandeerd. Het hof oordeelt dat het noodzakelijk is om de uitkomsten van het onderzoek naar de ouders af te wachten voordat er een beslissing kan worden genomen over terugplaatsing. De beschikking van de kinderrechter wordt bekrachtigd, omdat er nog te veel onzekerheden zijn over de opvoedingscapaciteiten van de ouders en de veiligheid van het kind.