ECLI:NL:GHSHE:2008:BD9105
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Raadkamer
- G.A.M. Stevens
- P.A.M. Hendriks
- F.J.M. Walstock
- Rechtspraak.nl
Klacht ex artikel 12 Sv. inzake verkeersincident met letsel en het verlaten van de plaats van het ongeval
Op 17 juni 2008 heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een zaak waarin klaagster, na een verkeersongeval, een klacht indiende op basis van artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering. Klaagster had letsel opgelopen door een aanrijding met een voertuig dat bestuurd werd door beklaagde, die de plaats van het ongeval had verlaten. De feiten van de zaak zijn als volgt: op 7 september en 17 december 2006 zijn verklaringen van klaagster opgenomen, waarin zij melding maakt van letsel na de aanrijding. De officier van justitie had besloten niet tot vervolging over te gaan, omdat er onvoldoende bewijs was om een succesvolle strafvervolging te kunnen instellen. Klaagster heeft hierop een klaagschrift ingediend bij het hof, dat op 27 november 2007 is ontvangen.
Tijdens de behandeling van het klaagschrift op 25 maart 2008, heeft het hof besloten beklaagde op te roepen. Bij de zitting op 20 mei 2008 was beklaagde niet aanwezig. Klaagster heeft verklaard dat zij na de aanrijding last had van hoofdpijn en andere klachten, en dat zij een whiplash had opgelopen. Beklaagde ontkende zich bewust te zijn van de aanrijding en stelde dat hij onmiddellijk zou zijn gestopt als hij had geweten dat hij iemand had geraakt. Getuigen hebben verklaard dat zij de aanrijding hebben gezien en dat beklaagde niet stopte.
Het hof heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is voor de overtreding van artikel 7 van de Wegenverkeerswet 1994, maar dat er wel aanwijzingen zijn dat beklaagde zich gevaarzettend heeft gedragen, wat heeft geleid tot letsel bij klaagster. Het hof heeft daarom het beklag gegrond verklaard en de vervolging van beklaagde bevolen ter zake van overtreding van artikel 6 en/of artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994.