ECLI:NL:GHSHE:2008:BG4935

• Datum uitspraak: 4 september 2008
• Publicatiedatum: 5 april 2013
• Zaaknummer: HV 103.009.987/01
• Instantie: Gerechtshof 's-Hertogenbosch
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht; Personen- en familierecht
• Procedures: Hoger beroep
• Rechters: M. van Dijkhuizen; A. Gründemann; E. van Arkel-van Gasselt
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Hoger beroep alimentatieplicht en niet-ontvankelijkheid

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 4 september 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de onderhoudsverplichting van de man. De man had in zijn beroepschrift, ingekomen op 18 februari 2008, verzocht om de beschikking van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 22 november 2007 te vernietigen, specifiek wat betreft de opgelegde alimentatieplicht, en deze op nihil te stellen. Tevens vroeg hij om schorsing van de uitvoerbaar bij voorraadverklaring tot er een beslissing in het beroep was genomen. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 juli 2008 zijn zowel de man, bijgestaan door zijn advocaat mr. C.A.M.J. de Wit, als de vrouw, bijgestaan door haar advocaat mr. I. Gerrand, gehoord. Het hof heeft kennisgenomen van diverse stukken, waaronder het proces-verbaal van de eerdere zitting en financiële gegevens van de man.

In de beoordeling heeft het hof vastgesteld dat de man zijn hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank heeft ingetrokken. Dit impliceert dat hij zijn grieven tegen de eerdere beschikking niet langer handhaaft. Gezien deze intrekking heeft het hof geoordeeld dat de man niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn hoger beroep. De beslissing van het hof is op 4 september 2008 openbaar uitgesproken, waarbij de rechters M. van Dijkhuizen, A. Gründemann en E. van Arkel-van Gasselt betrokken waren.

Uitspraak

BL

4 september 2008

Sector civiel recht

Zaaknummer HV 103.009.987/01

Zaaknummer eerste aanleg 158757 / FA RK 07-1861

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Beschikking

in de zaak in hoger beroep van:

[X.],

wonende te [woonplaats], [gemeente],

appellant,

hierna te noemen: de man,

advocaat: mr. C.A.M.J. de Wit,

t e g e n

[Y.],

wonende te [woonplaats], [gemeente],

geïntimeerde,

hierna te noemen: de vrouw,

advocaat: mr. I. Gerrand.

1. Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst naar de beschikking van de rechtbank ’s-Hertogenbosch van 22 november 2007, waarvan de inhoud bij partijen bekend is.

2. Het geding in hoger beroep

2.1. Bij beroepschrift, ingekomen ter griffie op 18 februari 2008, heeft de man verzocht voornoemde beschikking voor wat betreft de opgelegde onderhoudsverplichting te vernietigen en deze te stellen op nihil met instandhouding van de beschikking voor het overige.

De man heeft tevens verzocht de uitvoerbaar bij voorraadverklaring te schorsen tot inzake dit beroep is beslist.

2.2. Bij verweerschrift, ingekomen ter griffie op 21 mei 2008, heeft de vrouw verzocht de man niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek in hoger beroep, dan wel dit verzoek af te wijzen en de bestreden beschikking te bekrachtigen.

2.3. De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 3 juli 2008. Bij die gelegenheid zijn gehoord:

- de man, bijgestaan door mr. C.A.M.J. de Wit;

- de vrouw, bijgestaan door mr. I. Gerrand.

2.4. Het hof heeft voorts kennisgenomen van de inhoud van:

- de producties, overgelegd bij het beroepschrift en het verweerschrift;

- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in eerste aanleg d.d. 30 oktober 2007;

- de brief met bijlagen van de procureur van de man van 23 juni 2008;

- de ter zitting van het hof door de procureur van de man overgelegde financiële gegevens van de man.

3. De gronden van het hoger beroep

Het hof verwijst naar de inhoud van het beroepschrift.

4. De beoordeling

Ter zitting van het hof heeft de man zijn hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank ’s-Hertogenbosch van 22 november 2007 ingetrokken. Het hof begrijpt hieruit dat de man zijn grieven, gericht tegen voornoemde beschikking, niet langer handhaaft. Gelet hierop dient hij in het door hem ingestelde hoger beroep alsnog niet-ontvankelijk te worden verklaard.

5. De beslissing

Het hof:

verklaart de man alsnog niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank ’s-Hertogenbosch van 22 november 2007.

Deze beschikking is gegeven door mrs. Van Dijkhuizen, Gründemann en Van Arkel-van Gasselt en in het openbaar uitgesproken op 4 september 2008.