ECLI:NL:GHSHE:2009:BH0700
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Everaars-Katerberg
- A. Smeenk-van der Weijden
- J. van der Linden
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid hoger beroep inzake machtigingen tot uithuisplaatsing van minderjarigen
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 22 januari 2009 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van de moeder in haar hoger beroep tegen de beschikkingen van de rechtbank Breda. De moeder, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. C.J.M. Jansen, had in hoger beroep gevraagd de bestreden beschikkingen te vernietigen, waarin machtigingen tot uithuisplaatsing van haar kinderen, [zoon A.] en [zoon B.], waren verleend aan de Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant. De mondelinge behandeling vond plaats op 18 december 2008, waarbij de moeder en haar advocaat aanwezig waren, evenals vertegenwoordigers van de stichting. De vader van de kinderen was niet verschenen.
Het hof heeft vastgesteld dat de machtigingen tot uithuisplaatsing niet zijn geëffectueerd en inmiddels zijn vervallen, waardoor de moeder geen belang meer heeft bij een inhoudelijke uitspraak. De termijn van drie maanden voor de uitvoering van de beschikkingen was ongebruikt verstreken, wat leidde tot de conclusie dat de moeder niet-ontvankelijk is in haar hoger beroep. Het hof heeft verder overwogen dat een emotioneel belang geen grond biedt voor ontvankelijkheid in hoger beroep, en dat er geen andere in rechte te honoreren belangen zijn gesteld of gebleken.
De beslissing van het hof was om de moeder in beide zaken niet-ontvankelijk te verklaren in haar hoger beroep tegen de beschikkingen van de rechtbank Breda van 23 juli 2008. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken door de rechters op de genoemde datum.