ECLI:NL:GHSHE:2009:BI7608

• Datum uitspraak: 12 mei 2009
• Publicatiedatum: 5 april 2013
• Zaaknummer: HD 200.008.222
• Instantie: Gerechtshof 's-Hertogenbosch
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht
• Procedures: Hoger beroep
• Rechters: M. Begheyn; H. Hendriks-Janssen; A. Feddes
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Schorsing van geding in hoger beroep wegens faillissement en ontbinding van koopovereenkomst

In deze zaak, gewezen door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 12 mei 2009, betreft het een hoger beroep van de vennootschap naar Duits recht B & C & CO GmbH KG tegen de curator van de failliete besloten vennootschap Seran MST B.V. De appellante heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld tot betaling van € 600.000, gebaseerd op de ontbinding van een koopovereenkomst voor een machine die door Seran is geleverd. De dagvaarding is op de juiste wijze betekend aan de procureur van de gedaagde in eerste aanleg, mr. Benner, en het hof oordeelt dat het hoger beroep terecht is ingesteld tegen de curator.

De appellante stelt dat de ontbinding van de koopovereenkomst mogelijk is op grond van zowel het Burgerlijk Wetboek als het Weens Koopverdrag. Het hof bevestigt dat er sprake is van een rechtsvordering met betrekking tot de voldoening van een verbintenis uit de boedel, waardoor het geding op grond van artikel 29 van de Faillissementswet van rechtswege is geschorst. Dit geldt ook voor de vordering in reconventie.

Het hof verwijst naar het vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 14 mei 2008, waaruit blijkt dat de appellante als eiseres in conventie en gedaagde in reconventie is opgetreden. De geldigheid van de dagvaarding is niet in twijfel getrokken. Het hof heeft vastgesteld dat het geding in hoger beroep is geschorst, en dit arrest is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 12 mei 2009.

Uitspraak

typ. MG

zaaknr. HD 200.008.222

ARREST VAN HET GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH,

sector civiel recht,

eerste kamer, van 12 mei 2009,

gewezen in de zaak van:

de vennootschap naar Duits recht B & C [appellante] & CO GmbH KG,

gevestigd te [vestigingsplaats] (Duitsland),

appellante bij exploot van dagvaarding van 12 juni 2008,

advocaat: mr. E.G.M. van Ewijk,

tegen:

mr. L.A.M. VAN VLERKEN q.q., in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van de besloten vennootschap Seran MST B.V.,

kantoor houdend te [kantoorplaats],

geïntimeerde bij gemeld exploot,

niet verschenen,

op het hoger beroep van het door de rechtbank ’s-Hertogenbosch gewezen vonnis van 14 mei 2008 tussen appellante – nader te noemen [appellante] - als eiseres in conventie, gedaagde in reconventie en de besloten vennootschap Seran MST als gedaagde in conventie, eiseres in reconventie.

1. Het geding in eerste aanleg (zaaknr. 146551/HAZA 06-1664)

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis en de tussenvonnissen van 2 mei 2007.

2. De geldigheid van de dagvaarding

2.1. In eerste aanleg is het geding gevoerd tegen Seran MST BV, voor wie mr. Benner als procureur optrad. De dagvaarding is – naar het hof de dagvaarding leest - op de voet van artikel 63 Rv betekend aan mr. Benner voornoemd die in eerste instantie als procureur is opgetreden, en dat is tijdig gebeurd. Het hoger beroep is ook terecht tegen de curator ingesteld (HR 9 september 1994, NJ 1995, 5). [appellante] kan dan ook in zijn hoger beroep worden ontvangen.

Aan zijn vordering tot betaling van € 600.000 heeft [appellante] ten grondslag gelegd dat hij de koop van een door Seran geleverde machine heeft ontbonden en thans terugbetaling van de koopsom verlangt. Zowel volgens het Burgerlijk Wetboek als volgens het in deze mogelijk toepasselijke Weens Koopverdrag is een dergelijke ontbinding door een van de partijen bij een overeenkomst mogelijk. Derhalve is hier sprake van een rechtsvordering met betrekking tot voldoening ener verbintenis uit de boedel, zodat het geding conform artikel 29 Faillissementswet van rechtswege is geschorst.

Hetzelfde geldt voor de vordering in reconventie.

3. De uitspraak

Het hof:

verstaat dat het geding in hoger beroep is geschorst.

Dit arrest is gewezen door mrs. Begheyn, Hendriks-Janssen en Feddes en in het openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 12 mei 2009.