ECLI:NL:GHSHE:2010:BN7159
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Everaars-Katerberg
- A. Koens
- D. Draijer-Udo
- Rechtspraak.nl
Beëindiging gezamenlijk ouderlijk gezag na echtscheiding en de gevolgen voor de minderjarige
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 15 september 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van het gezamenlijk ouderlijk gezag van een moeder en vader over hun minderjarige zoon. De moeder, hierna aangeduid als appellante, en de vader, geïntimeerde, zijn op 27 augustus 1993 met elkaar gehuwd en hebben samen twee kinderen, waaronder de minderjarige zoon, geboren in 1999. Na een echtscheiding in 2008 is het hoofdverblijf van de zoon bij de vader bepaald. De moeder heeft in de jaren na de scheiding geen actieve rol gespeeld in de opvoeding van de zoon en heeft aangegeven haar rol op de achtergrond te willen accepteren. De vader daarentegen heeft zorgen geuit over de communicatie tussen hen en vreest dat de zoon klem of verloren raakt tussen zijn ouders.
Tijdens de mondelinge behandeling op 11 augustus 2010 is de Raad voor de Kinderbescherming gehoord, die de zorgen van de vader bevestigde. Het hof heeft vastgesteld dat de communicatie tussen de ouders sinds juli 2007 ernstig verstoord is, wat heeft geleid tot een gebrek aan gezamenlijke besluitvorming over belangrijke zaken met betrekking tot de zoon. De moeder heeft in het verleden een zelfmoordpoging gedaan, wat de situatie verder heeft gecompliceerd. Het hof heeft overwogen dat de moeder niet in staat is om het ouderlijk gezag op een verantwoorde manier uit te oefenen, gezien haar verleden en de huidige omstandigheden.
Het hof heeft geconcludeerd dat het noodzakelijk is om het gezamenlijk gezag te beëindigen en het gezag over de zoon uitsluitend aan de vader toe te kennen. Dit besluit is genomen in het belang van de ontwikkeling van de zoon, die inmiddels EMDR-therapie heeft ondergaan en veel boosheid jegens de moeder ervaart. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank ’s-Hertogenbosch van 4 februari 2010 bekrachtigd, waarbij het gezamenlijk ouderlijk gezag is beëindigd. De moeder heeft recht op een plek in het leven van de zoon, maar de huidige omstandigheden maken het noodzakelijk dat de vader alleen met het gezag belast is.