ECLI:NL:GHSHE:2010:BN9375
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. van Etten
- A. den Hartog Jager
- J. van Ham
- Rechtspraak.nl
Verdeling van nalatenschappen en boedelbeschrijving in erfrechtelijke geschillen
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gaat het om de verdeling van de nalatenschappen van de ouders van partijen, die respectievelijk in 1996 en 1955 zijn overleden. Appellant [X.] heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Maastricht, waarin een boedelbeschrijving werd gelast. [Y.], de geïntimeerde, heeft recht op een boedelbeschrijving, ondanks het tijdsverloop sinds het overlijden van de ouders. Het hof overweegt dat het recht en belang van [Y.] voortvloeit uit haar deelgenootschap in de nog te verdelen gemeenschappen. Het hof stelt vast dat het recht op een boedelbeschrijving kan worden gelast, zelfs als er geen volledige of correcte beschrijving meer kan worden opgemaakt. De kosten van de boedelbeschrijving zijn niet zodanig dat deze niet van [X.] kunnen worden gevergd, aangezien hij ook deelgenoot is in de gemeenschappen.
Het hof oordeelt verder dat de grief van [X.] faalt, omdat het verzoek om een boedelbeschrijving niet als chicaneus kan worden aangemerkt. Het hof wijst erop dat het verzoek niet alleen dient om de samenstelling van de gemeenschappen te achterhalen, maar ook om te onderzoeken of er vorderingen bestaan. Rechtsverwerking kan niet enkel worden gebaseerd op tijdsverloop, en het hof concludeert dat er geen bewijs is dat [Y.] haar recht op verdeling heeft prijsgegeven. De rechtbank heeft de belangen van de partijen goed afgewogen en het hof bekrachtigt het vonnis, waarbij de proceskosten worden gecompenseerd.