ECLI:NL:GHSHE:2010:BO1027
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M.J.H.J. de Vries-Leemans
- W.E.C.A. Valkenburg
- T.A. de Roos
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de behandeling in eerste aanleg en terugwijzing naar de rechtbank Maastricht
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 28 september 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Maastricht van 23 juli 2010. De zaak betreft een strafrechtelijke procedure waarin de verdachte, geboren in 1959 en thans zonder bekende woon- of verblijfplaats, werd geconfronteerd met bewijs dat onrechtmatig was verkregen. De rechtbank had vastgesteld dat een onbevoegde hulpofficier van justitie ambtshandelingen had verricht, wat leidde tot de conclusie dat het bewijs dat bij de verdachte was aangetroffen, uitgesloten diende te worden van het bewijs. Dit leidde tot een vooringenomenheid van de rechtbank in de afdoening van de zaak, waardoor het hof besloot de behandeling in eerste aanleg nietig te verklaren.
Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal in overweging genomen, die had verzocht om vernietiging van het vonnis en terugwijzing naar de rechtbank. Het hof oordeelde dat het recht op een eerlijke rechtsgang en de mogelijkheid tot een berechting in twee feitelijke instanties in het geding waren. Gezien de gang van zaken en de ernst van het verzuim, heeft het hof besloten het vonnis van de rechtbank te vernietigen en de zaak terug te wijzen naar de rechtbank Maastricht voor een nieuwe behandeling.
De uitspraak van het hof benadrukt het belang van een correcte procedurele afhandeling in strafzaken en de noodzaak om de rechten van de verdachte te waarborgen. De beslissing om de zaak terug te verwijzen is een belangrijke stap in het waarborgen van een eerlijke rechtsgang voor de verdachte, die nu de kans krijgt om zijn zaak opnieuw te laten beoordelen door de rechtbank.